woensdag 27 november 2013

Bom, sorry.

In de Wereld Draait Door geeft Alexander Klöpping afgelopen maandag uiting aan zijn verbazing dat de NSA onthullingen in de NRC in Nederland zo weinig reuring veroorzaken. Hij wijst erop dat, indien de overheid zoveel gegevens van haar burgers weet, we verzanden in een politiestaat. Eigenlijk en eindelijk een staat zoals communisten in voormalige Oost-Europese Staten voor ogen hadden. Zonder inschakeling van klikkende en glurende mede-burgers, alle informatie voorhanden en in kaart.
Een digitaal Stasi-imperium.
Betrokken en bewogen pleit A.K. voor een Kamerdebat over hoeveel privacy de nationale veiligheid mag kosten en v.v. Na zo'n debat weten we in hoeverre veiligheidsdiensten de door politici getrokken grenzen overschrijden.
Tafelheer Giel d.j. Beelen vindt de kennis die commerciële partijen over ons koopgedrag vergaren veel erger. G.B. lijdt meer van de droom van elke kapitalistische kruidenier, dan van de alwetende overheid.
NSA versus Google.
Een nieuwe ideologische strijd?
Mathijs quote van Nieuwkerk maakt er gelukkig geen issue van.

De zorgen van A.K. kunnen alleen begrepen worden door zijn totale onwetendheid over het cultureel-religieus leven in de Nederlanden van weleer.
Hieronder vind je, beste A., een korte bijles (als dank voor alle lessen over de digitale toekomst die ik van jou volgde).
In elke huiskamer hing boven de op  Delftsblauwe bordjes geschilderde wijsheden de totale omvattende wijsheid: een schilderij met een oog, Gods Oog verbeeldend, met eronder de tekst 'God ziet alles'.
Zo is het Hollandse Geweten gevormd.
Je kon doen en laten wat je wilde, het werd gezien, geregistreerd en onthouden.
Dat zijn we allang bewust.
De afrekening komt wel. Hier of anders wel in het hiernamaals.
Je kon bij de katholieken  kwaad en schuld met name op het gebied van seksualiteit en andere geboden ten dele te niet doen door de biecht. Je moest zelf je zonden inbrengen, kreeg absolutie door boete te doen in de vorm van wat gebedjes. Met een schone lei stond je na zo'n tien minuten weer buiten in de frisse lucht.

Een Kamerdebat zou aansluiten bij onze collectieve opvoeding als de vraag zou zijn, hoe kunnen we veiligheidsbedreigend digitaal gedrag, bepaald in geboden, achteraf te niet doen.
Wat is de rol van een digitale biechtvader met strafbevoegdheid hierbij?

Een voorbeeld als voorschot:
Gebod: Het gebruik van het woord bom is in digitaal verkeer verboden.
Signaal: Het B-woord werd in de blog van C. gebruikt
Biecht: C:  Het spijt me dat ik dat woord gebruikte.
Straf:  Excuses en/of verwijdering van het woord.

Zou deze tekst door het alziende oog van de NSA worden opgevangen?

woensdag 20 november 2013

GLOW



 
Jaren geleden in file de lichtjesroute gereden met afbeeldingen van inspiratieloze olifanten, draken en andere figuren gecomponeerd uit gekleurde peertjes bevestigd aan lantaarnpalen. Toen de led lampjes samen met milieubewust vertier hun intrede deden veranderde het Eindhovens spektakel in GLOW, dat haar vaste plaats veroverde naast Carnaval en de DDW.
De berichten dat het een succes was en dus erg druk, gekoppeld aan onze lichtjesroute-herinnering, wekten niet de zin op om het jaarlijks weerkerende typische Lichtstad-spektakel te gaan bezichtigen.
Maar alles wordt anders als kleinkinderen je uitnodigen.
Aldus stonden we donderdag j.l. om half zeven 's avonds bij de kop van het Eindhovens Kanaal te wachten totdat de draak uit het water zou verschijnen.
Van drukte was geen sprake.
Omdat het de gehele dag had geregend en de Buienrader het einde van de regenval pas later die avond had voorspeld stond er slechts een handjevol mensen, die, omdat ze met zo weinigen waren, kinderen een plaats vooraan gunden.
We wisten, dat we hiermee direct het hoogtepunt van GLOW te pakken hadden. 
In verband met de kinderen en de leerplicht  zou het een verkorte route worden. Via het NRE terrein en de Parklaan terug naar ons eindpunt op bij het 18 septemberplein.

Waarneming en beleving worden mede bepaald door de anderen die meebeleven en genieten.
Kinderen, licht en duisternis; het roept bij mij vanuit mijn Christelijke roots een gevoel van hoop en vrede op.
Kerstmis is dit jaar vroeg begonnen.


donderdag 14 november 2013

Bomans of Carmiggelt

Nederland leest-maand loopt van half oktober tot half november.
Aan leden, aangesloten bij een bibliotheek, wordt gratis het geselecteerde boek gegeven. Mijn bibliotheek, De Kempen, doet hier niet aan mee.
Vanwege de kosten.
Heel erg vind ik dat niet, de gekozen titels staan meestal al in mijn boekenkast. Het zijn jong klassieke evergreens zoals Twee vrouwen van Mulisch en Oeroeg van Haasse.
De uitgave: in witte kaft gehuld bedrukt krantenpapier.
Vanaf december duikt het Nederland Leest-boek van het jaar in de kringloopwinkels op.

Dit jaar is gekozen voor Erik van Bomans.
Zoals gebruikelijk krijgt boek en auteur aandacht in de media met vragen als: is dit het beste boek van de auteur, is de auteur een goede schrijver, wat moeten we van zijn leven weten.
Bomans is een lekkere kluif.

Bij de vraag of het een goede schrijver is wordt er ter vergelijking altijd een tweede of derde bijgehaald.
Bij Mulisch zijn dat Reve en Hermans. De grote drie en wie is hiervan de grootste.
Bij Bomans hoort Carmiggelt.
Een tweestrijd is meestal heftiger dan een driestrijd.

Of ik een Beatles of Stones fan ben, een Puch of Thomos rijder, een Volkskrant of NRC lezer.
De tweestrijd ontwijk ik vaak door er een derde keuze tegenaan te gooien. Ik prefereer Pink Floyd, reed in mijn jeugdjaren Solex - nu Vespa - en lees Trouw de krant. Dat laatst is een flauw grapje omdat ik beide kranten lees.
Ik mijd een opgelegd cultureel persoonlijkheidsprofiel.

Bij Bomans en Carmiggelt gooide ik laf van Kooten en Annie M.G. in de ring.
Vandaag zal ik dapper zijn en maak mijn keuze tussen onze twee nationale lichtvoetige literaire humoristen bekend: Carmiggelt, want mooier van taal en thema.
Mijn keuze is tijdloos, gold vroeger, nu en in de toekomst.

Mijn boekenkast is goed gevuld met werk van beider heren.
Ik pak willekeurig enkele Bomansen ter hand. Erik en Pieter Bas in gehavende Prisma-Boekjes; in witte omslagen de Elsevier-uitgaven waaronder De man met de witte das, volgens kenners zijn beste werk.
Hier staat een onbekender werk: Een halve eeuw Trappistenleven, de tweede en vermeerderde uitgave uit 1957. Tot mijn verrassing tref ik voorin een persoonlijke opdracht van Bomans voor zijn "volle neef" Hans en zijn vrouw aan met op de binnenkant een foto. Het Engelstalige gedicht is van Hilaire Belloc 1870-1953.( Bomans veranderde de werkwoorden in regel 2 en 4: will i.p.v. may en are i.p.v. were)
Wie is die volle neef, wie zijn de man in Trappistengewaad en de vrouw ernaast?

Zo eindigt een eenvoudige tweestrijd in een nieuwe zoektocht.
Wie kan me hierbij helpen?

woensdag 6 november 2013

Rotte vis

Persbericht:
'De zanger Cor C., vertolker van het levenslied 'Klein, klein kleutertje wat doe je in mijn hof?' heeft een proces aangespannen tegen de schrijver van het boek 'Een pril bemin'.
De schrijver Martijn X., voorzitter van de verboden vereniging voor pedofielen, haalt daarin Frans aan, die suggereert te hebben gezien dat Martijn binnenging in de Kaplenie van Stramproy, het geboortehuis van Cor C. Dat voorval zou in de veertiger jaren plaats hebben gevonden.
Cor C. zegt dat daarmee de naam van zijn familie in een kwaad daglicht wordt gesteld.
Einde persbericht'.

De zanger Peter K.van o.a. het lied  'Kom van dat dak af', klaagt A.F.Th. van der Heijden aan, die in 'De Helleveeg'  helleveeg Thea tegen de louche engelenmaakster laat zeggen, dat ze haar herkent uit de tijd dat ze haar bezocht boven de viswinkel van Koelewijn.
Uitspraak 15 november.



De eerste alinea hierboven is fictie, het tweede bericht stond in de krant.
Wat mag in fictie, in kunst, worden gesuggereerd, dat verwijst naar de werkelijkheid die we kennen?
Kan de kunstenaar worden gedaagd om zijn bedoelingen af te zetten tegen de overspannen verbeelding van de lezer?

De affaire roept herinneringen op aan het verhaal 'Jansen' uit 'Seizoenarbeid' (1967). De auteur  L.Wiener werd door ene Jansen gedaagd, die zich meende te herkennen in dit verhaal.
Veroordeeld, wijzigde de auteur in de tweede druk het verhaal in...Wiener!
De eerste druk is, jawel, een collectors item.

Het bijkomstige  voordeel van aanklagen en schandpalen voor de auteur is gratis publiciteit; voor de lezer, als het een goed boek is, de attentiewaarde. Nadat ik AFT enige jaren geleden na 100 moeizame pagina's ' Movo Tapes' terzijde had gelegd,  nam ik een boek van hem met een wat huilerige  aanleiding weer aarzelend ter hand. Door de magistrale uitwerking van het thema in 'Tonio' keerde mijn bewondering voor AFT terug .
Peter K. zorgde voor een definitieve terugkeer van mijn belangstelling voor AFT 's oeuvre.
 
 Op het dak van de viswinkel van Koelewijn in Stratum te Eindhoven lees ik met groot plezier  'De Helleveeg'.