dinsdag 24 februari 2009

Houdoeverwijdertips 2


Winnie, mijn schoonzus, suggereerde: Recycle Creatief, initialen van mijn levensgezel, dat moest wel een gouden idee zijn.
Een luxe zwerversdoos bedacht.
Kartonnen doos bekleed met Houdoe's en onder een lantaarnpaal gezet met daarbij een bordje 'luxe zwervershonk voor moderne nomade'.
Luxe zeker, want extra geïsoleerd: dak vloer en wanden met Houdoe's bekleed, te lezen als verwijzing naar de eigen keuze en verwijt naar de maatschappij.
Die nacht niet geslapen en de volgende dag in alle vroegte gaan kijken en zie, hoor, een sonoor gesnurk klonk uit de doos.
Zachtjes op een van de boekjes getrommeld.
Slaapkop stak hoofd uit het dak, drank walmde naar buiten.
Het was een zwerver. Overduidelijk. Met een bordje voor zijn kop: 'Recessie-zwerver'.
"Bent U een slachtoffer van....?" vroeg ik meelijwekkend.
"Welnee", legde hij uit. Het was een carnavalsstatement.
Hij had meegedongen voor de prijs in de categorie Creatieve Creatie.
"Bent U dan geen zwerver?" constateerde ik teleurgesteld.
"Juist niet."
Hij legde uit.
Wie in deze dagen als boer verkleed gaat, is geen boer, een Arabier geen Arabier, een prins geen prins, een zwerver...juist, geen zwerver.
Wat hij met het verblijf ging doen vanaf aswoensdag, vroeg ik hem.
"As wat? Hij was duidelijk geen christen. Vierde carnaval als begin van de lente.
En de doos, die zou hij bij het oud papier zetten.
"Niet bij het oud papier," gilde ik, "dat is tegen de regels."
Hij keek me meewarig en een beetje angstig aan."Keep cool man, als je wilt mag jij dit verblijf hebben." En zo snel hij maar kon verdween hij uit het zicht.
Daar stond ik met het zwervershuis.
Daar stond ik met zovele Houdoe's.
Laat ik het eens op de slinkse toer proberen:
Wie raadt hoeveel Hoedoe's in mijn zwervershuis verwerkt zijn krijgt 42 Houdoe's kado.
Natuurlijk niemand die hierin trapt.
Rest me tot slot een nagekomen tip.
Een tip van mijn nichtje Lieke, die gaat voor de prijs voor haar zusje.
Lumineus idee.
Maar of dat werkt.
Deze week proberen.
Volgende week bericht.

dinsdag 17 februari 2009

Houdoeverwijdertips 1


Van maar liefs drie kanten ontving ik op mijn vraag in mijn vorige blog 'Hoe van de overtollige Houdoe boekjes te geraken?' een reactie: een schoondochter, schoonzus en een schone ex-collega namen de moeite. (De laatste evenwel slechts mondeling tijdens haar bezoek zaterdag jl. Wil zij meedingen voor de voorgehouden prijs - drie volle jaargangen 'Filosofie magazine' - dan dient ze alsnog schriftelijk te reageren eventueel via mail cmlmcreemers@onsbrabantnet.nl)
Allen toonden zich even origineel als hulpvaardig. Mijn dank is welgemeend groot, het verplicht me de diverse tips uit te proberen opdat ik de prijs overwogen uit kan keren.
De eerste tip die me aanlokte en uitvoerbaar toescheen kwam uit het zeven-tipslijstje van Femke: breng boekjes naar de Slegte, verstop ze heimelijk onder de C.
Zo toog ik maandagmiddag jl. naar het Eindhovens filiaal van de ramsj en tweede handsboekwinkel in mijn jack een vijftiental pocketjes 'Houdoe' verborgen.
Op de derde verdieping staan de romans. Dit leek me de juiste plek, hoewel ik even aarzelde tussen deze en de collectie 'beschouwende non-fictie'. Die laatste is echter zo klein, dat het mijn daad al te snel ontdekt zou worden.
Ik maakte ruimte tussen de spirituele werken van Carlos Casteneda en Charmaine Craig's geromantiseerde historische roman over de vervolging van de door de inquisitie 114 aangeklaagde inwoners van het dorpje Montaillou. Vijftien C.C.-tjes tussen twee grote C.C.'s. Ik kreeg er tranen van in mijn ogen.
Was het ijdelheid of wilde ik slechts bewijs van mijn daad dat ik even draalde en een foto van het nieuwe stilleven maakte?
De Sony stond zoals gewoonlijk op Automaat. Het felle flitslicht verraadde mijn positie. Binnen enkele seconden stond de streng besnorde filiaalhouder tegenover me en vroeg uitleg.
Ik heb naar waarheid geantwoord.
Hij geloofde me slechts ten dele, vermoedde dat ik meer boeken had gedumpt. Behalve de terzijde staande C.C.'s ook nog eens de Reader Digest uitgave van Don Quichote van Cervantes. "Echt literatuur voor een sujet als U, ons nooit aangeboden, voorzover ik weet."
Ik werd verplicht om de handel mee terug te nemen. Kreeg hiervoor genereus de plastic reclametas van de zaak, dat wel.
Nu zit ik nog steeds met teveel Houdoe en bovendien extra papieren last.
HELP!!
(Bied gratis aan: Don Quichote in bovenbeschreven uitgave. Verplicht hierbij drie exemplaren 'Houdoe' af te nemen. Graag reactie.)

dinsdag 10 februari 2009

Familie 2/ Post-Mannetje

De mensheid kan worden gezien als schuim die bestaat uit talloze belletjes. Belletjes die relatie en verwantschap voorstellen. Een familiebel bestaat uit tweerelaties, uitgebreid naar een gezin, uitdijend naar horizontale en verticale familiestructuren. Zo bezien bestaat een individu enkel in zijn relatie.
Vertrouwen, liefde en belang zijn groter naar gelang de dichtbijheid van de belletjes.
Andersom zijn wantrouwen, angst en onverschilligheid groter naarmate de afstand groter is.

Ik ben in slaap gevallen boven een artikel over Martha Nussbaum 'Oplevingen van het denken. Over de menselijke emotie (2001)', waarin zij de mensheid beschrijft vanuit het individu dat steeds grotere cirkels om zich heen trekt. Naarmate de afstand groter wordt groeit de onverschilligheid. De Amerikaanse filosofe bepleit een (onnatuurlijk, tegenbelangelijk) denken vanuit de buitenkant.

Het verschil in schuim en cirkels is het uitgangspunt: de relatie of het individu.

In mijn afscheidsboekje 'Houdoe' reflecteert mijn alter ego
Mannetje in column 17 'Afscheid' (van een collega) over het type mens/manager.
"Je kunt mensen verdelen over diegenen, die gericht zijn op community en zij, die grotere waarde hechten aan persoonlijke autonomie" staat er om vervolgens (in aansluiting van de ideeën van de aldaar onvermelde Ken Wilber in 'Een beknopte geschiedenis van Alles' over het verbindende patroon) te suggereren dat dit het natuurlijke verschil vormt tussen vrouwen en mannen.
Ik droom het vrouwelijke schema aan de hand van een mannelijk schema van een vrouwelijke filosofe.
"How strange!"

Met wie kan ik mijn verwarring delen?
Dat is wel de grootste vraag sinds 11 december.
Voorheen was er altijd wel een collega aan wie ik mijn gedachten kwijt kon.
Nu laat ik verwarring achter in één van mijn dagboekjes.
Een blog is hiervoor eigenlijk ongeschikt.
Die begint doorgaans met een of meerdere foto's van de week. Daarop een tekst.
Zo zou ook déze blog dienen te beginnen; met een familiefoto, vervolgens een beschrijving van een daaraan gekoppelde recentelijke gebeurtenis, een lichtvoetige reflectie en conclusie als slot.

Maar ik wil iets kwijt.
Over hoe deze familieman denkt en doet.
Over de kracht en het gevaar van dat denken en handelen.
Maar mijn niet te verruilen podium is afgebroken.
Her en der ligt nog wat vuil.

Voetnoot/noodkreet.
Ik zit opgescheept met tientallen exemplaren van 'Houdoe'. Krijg a.s. zaterdag als oud-collega's Hellen en Leny op bezoek komen nog enkele tientallen restantboekjes.

Prijsvraag.
Hoe bevrijd ik me gezond van mijn autonome testament van mijn vorige leven, mijn reisverslag van mijn laatste werkzame jaar?
S.v.p. geen reactie: "Bij het oud papier".
De beste inzender ontvangt de laatste drie jaargangen van 'Filosofie Magazine', het beste blad na het laatste nieuws om toch nog te kunnen slapen.

Verlost van deze ballast zal ik me daarna terugtrekken in mijn familiecommunity en me voorts houden aan de juiste blogcode.

maandag 2 februari 2009

Mijn familie 1

Over het verloop van de ziekte van Mat schrijven heb ik de laatste tijd angstvallig gemeden, bang dat wat ik zou melden het volgende moment achterhaald zou zijn of erger, dat ik met mijn woorden het broze proces zelf zou verstoren.
Ja, we hebben ons hart vastgehouden...
Weken ging het almaar slechter totdat het zo slecht gesteld was dat stilstand achteruitgang betekende. Sommige medici spraken van een noodzakelijk wonder en dan weet je hoe laat het is.
En toen kwam 15 januari het eerste bericht dat het niet slechter ging, misschien, misschien een tikkeltje beter. Sindsdien lijkt een wonder iets dat zelfs in deze tijd onze voor het grootste deel cynische en ongelovige familie gegund wordt.

De jaarlijkse familiereünie was inmiddels door het organiserende tweetal opgeschort. De argumentatie: 'Mat kan er niet bijzijn' was natuurlijk niet de ware reden, immers vaker moesten leden van de familie het plotseling laten afweten, maar je kunt moeilijk 'angst voor plotseling heengaan' rondmailen.
Ik begrijp die magische angst voor het (geschreven) woord.
Zeggen is tot daar toe, schrijven is vastleggen.
Kwetsbaar en onomkeerbaar.

Nu heb ik het lef om over Mat te schrijven.
Ik wil echter vooral over de kracht van een familie schrijven.
Een grootfamilie met zovelen samen opgegroeid vooral van het mannelijk geslacht, dat de rivaliteit ervanaf spatte, waardoor volgens Atte Jongstra in 'Klinkende ikken', privédomein 266 pag 73, bewondering en respect verdampen, een grote familie die, desondanks, zich sluit alsof ze zelfs satan de weg verspert, leden van een gemeenschap, gratuit, wellicht uitstervend, die als het om stamcellen, nieren of andere organen zou gaan die je levend af kunt staan in de rij zouden staan.
Bij een hart kan ze alleen maar hopen en hun eigen orgaan daarbij vasthouden.

Zo'n familie houdt één keer per jaar een reünie.
Dat is tradiegetrouw na 25 november en 5 januari, de sterfdagen van onze ouders zijn weer herdacht, de dagen worden langzaamaan weer langer en er is blijdschap om onder elkaar te zijn.
Zo'n reünie is bijna iets sacraals.
Daar mag geen woord over worden vuil gemaakt.
De dood is echter vuil en vilein.
Mat lijkt hem voorlopig de deur te hebben gewezen.
Hij maakt zich weer druk over spaarloonregeling en pensioen.
En ik?
Deze klinkende Ik durft er nu zelfs over te bloggen.