zondag 30 augustus 2020

Een trap oplopen

Elke zaterdag loop ik rond de klok van enen de trap op om een tekst te posten over een kwestie die zich afgelopen week heeft voorgedaan.  
Een idee vormt zich in die week, over de vorm is meestal ook al nagedacht. 
Gisteren  heb ik, vanwege de 13 e verjaardag van Zoë, verstek laten gaan. Was het coronaproof feestje misschien een item? 
Ik zou een groepsfoto van de familie willen maken, een opstelling van een elftal min één. Maar we zouden daarmee een hard bewijs hebben ons niet aan de anderhalve meter regel te hebben gehouden en een opstelling van drie groepjes: van twee, drie en vijf, vond ik fototechnisch niet fraai.

Zo kroop ik op zondag naar boven, naar mijn werkkamer,  met enkel ideëen, waaraan een bedenking aan kleefde.  Ik zou kunnen schrijven over

1. Vier egeltjes, die door het gaas, dat het erf van de buurman met het onze scheidde, waren gekropen, terwijl de moeder het achter het gaar terug piepte. Ik had de tijd gehad om naar binnen te spurten en drie ervan op foto vast te leggen.




De foto is van boven genomen. Het gaas is niet zichtbaar noch de moeder, die haar kroost terugpiept. Niet een afbeelding om bij een egel-moederangst verhaal te plaatsen. 
Het is hooguit een illustratie bij een tekst die aangeeft waarom je zo'n foto niet plaatst.

2. En dan zijn er nog vele foto's die Zoë afgelopen zondag maakte o.a. het resultaat van een schoonheidsbehandeling die zij en Phéline mij gaven.



De kans dat je zo door Google wordt opgeslurpt en zo verder het leven in de Cloud moeten leiden is groot


3. De soap die zich in de Waalrese politiek voltrekt. 
Ik hou een beetje van Waalre. Riny en ik komen er vandaan. Haar vader was er ooit wethouder evenals mijn broer. Vanuit dat houden van, dat sprankje trots ga ik de bestuurscultuur van dat dorpje in De Kempen niet verder bezoedelen en houd ik het bij een zakelijk advies: een snelle annexatie door Eindhoven.

4. Het debat over een doelgroepenbeleid in Coronatijd. 
Bij de afnemende solidariteit wordt een segregatie zichtbaar waaraan rechtse populisten als J.K. zich laven en profileren. Maar ik gun dit vingerwijzende debat voorlopig niet mijn podium.

5. Net zo min gun ik mijn podium aan de complotdenkers, de vrijheidschreeuwers en de urgentiemijders, die pleinen in Amsterdam en Den Haag besmeuren met hun loze kreten en panische pamfletten.

6 En dat de Tour begonnen is en de gasten op de bruiloft van minister Grapperhaus niet allemaal de anderhalve meter in acht namen, daar kun je wel een verhaal over maken, maar je kunt er beter over zwijgen.

Nee, het enige thema, dat ik niet van de trap af wil laten donderen is de Booker International Prize voor  The discomport of Evening van Marieke Lucas Rijnevelt.

Maar dit is alles wat ik er tot nu toe over weet.  
 

zaterdag 22 augustus 2020

Verzet of Acceptatie

 Het lijkt er op dat naarmate je ouder wordt je karakteristieke kenmerken sterker worden en je lichamelijke vermogens zwakker.

Over dat laatste zal weinig misverstand zijn. Zelf ervaar ik dat dagelijks, mijn conditie holt achteruit, ik zie slechter, hoor minder. Enfin, datgene wat we aftakeling noemen is al jaren gel;eden ingezet. Kwaaltjes moeten veelal in dat licht worden gezien. Zoals mijn huisarts deze week constateerde na het bestuderen van de echo die van mijn rechterschouder was genomen. 'Je moet ermee leven.' Want de gedeeltelijk afgescheurde aanhechtings-spier bij mensen boven de zeventig moest worden gezien als een uitgerafelde stuk stof. Daar kun je weinig aan repareren. Zoiets vermoedde ik al lang. Om mijn komst naar hem te verdedigen  pruttelde ik, dat mij een tiental jaren geleden was verweten te laat aan de bel te hebben getrokken toen ik me lichtelijk kortademig had gevoeld en meende dat zoiets hoorde bij de aftakeling en dus mee moest leren leven. Voor het hart gelden andere wetten had hij gezegd, maar die schouder...Laten we de orthopeet er nog eens naar laten kijken. Begrip- maar weinig hoopvol had het geklonken.

De vijftig spirituele  zieners, die ik afgelopen week in uitrekselvorm had gelezen bieden mij op twee manieren houvast: Acceptatie of Verzet. Voor beide valt wat te zeggen, hoewel uiteindelijk acceptatie als enige keuze overblijft. Maar aangezien ik het golfen niet direct aan de wilgen wil hangen - al was het maar omdat ik onlangs een kleine investering deed in benodigdheden - doorloop ik het pad van Strijd en Verzet., doe dagelijks oefeningen en ontzie mijn rechterschouder en belast de linker meer. Opvallend hoe zo'n schlemiel, die ik jaren hooguit als knechtje heb gezien, nu het zware werk voor me doet. Bij hem vooralsnog geen spoor van aftakeling, altijd op zijn luie reet gezeten.

Terug naar de waarneming waarmee ik deze tekst begon en wel de eerste stelling dat bij ouderen kenmerkende eigenschappen zich in de loop der jaren lijken te vergroten.

Laat ik voor mezelf spreken. Ik ben altijd iemand van de grote gebaren geweest. Voor details was ik niet geboren. Dit wetende heb ik me altijd omringd door mensen die mijn tekort corrigeerden. Mijn teksten laat ik Riny doorlezen, plannen liet ik anderen uitwerken. De man van de hoofdlijnen heette dat en hoe beter de anderen die uitwerkten en corrigeerden hoe minder ik oog kreeg voor het fijne en het kleine.

Dit werd deze week weer eens pijnlijk duidelijk. Elk jaar na mijn verjaardag zet ik me aan het omzetten van de blogs in een jpg bestanden, die worden doorgestuurd naar de drukker. Eindelijk had ik Blogs 73, teksten die ik in mijn 73 ste jaar maakt, doorgestuurd in een format dat ik al dertien jaar op een rij gebruik. Enkele dagen erna kreeg het boekwerk binnen in...A 6 formaat met een lettergrootte die ik zelfs met behulp van een microscoop niet kan lezen.  

Zoals ik dat gewend ben zoek ik de schuld eerst bij de ander. Dat schijnt typisch mannelijk te zijn, volgens een ziener, en die eigenschap ontwikkelt zich bij mij tot ware kunst. Maar de opdracht kende geen genade, er stond daadwerkelijk een A6 aangevinkt. Natuurlijk weet ik zeker dat ik dat niet gedaan heb -  kleinkinderen, de computer? - maar enige verantwoordelijkheid moest ik toch op me nemen. Ik had alweer geen oog voor de kleine lettertjes gehad.

Zo heb ik van Blogs 73 twee exemplaren. Eén ervan met piepkleine lettertjes. Moet ik die lezen om alsnog oog voor het kleine te krijgen?  Onbegonnen werk, dus Acceptatie.


Links in A 6, rechts in A 4 formaat


zaterdag 15 augustus 2020

33

In de afgelopen week, week 33 van het jaar 2020, werden maar liefst twee warmterecords gebroken. Eerst 7 dagen achtereen meer dan 30 graden, de dag erop volgde de achtste tropische dag.. 

Misschien waren het wel drie records: als derde, het kortst durende warmterecord namelijk van één dag.

Ik heb iets met 33. Ik schreef onder deze numerieke initialen wekelijks in het hockeyblaadje van de hockeyclub van mijn dorp. Waarom niet gewoon onder mijn eigen naam, iedereen wist dat 33 stond voor CC.

Eerder, in het schoolblad van de Kweekschool 'Kweekkwesties' schreef ik onder het pseudoniem P.Rovocateur. Ik had reden om me achter een schuilnaam te verbergen. Ik stelde de regenteske cultuur en dito houding van menig leraar aan de kaak, iets wat je als zoon van de directeur niet behoorde te doen. Alleen de hoofdredacteur, een klasgenoot,  was op de hoogte. Zelfs in een speciaal daartoe belegde avond - Wie is P.Rovocateur? gaf hij geen krimp.

Vele jaren later schreef ik 'Een jaar in stukken', een jaar lang wekelijkse waarnemingen als directeur van de Pabo, een fusiegroep met ook mijn oude Kweekschool, onder de naam Mannetje. Absoluut geen schuilnaam, maar een naam van een auteur om de verdraaiingen en overdrijvingen van de werkelijkheid te verantwoorden onder de deken van dichterlijke vrijheid. Toch was er menig lezer, die niet loskwam en een synoniem te zien tussen Mannetje en de directeur.

Terug naar het pseudoniem 33. Ook Charlie Chaplin, Claudia Cardinale en de auteur van Pinokkio Carlo Collodi hadden voor dit pseudoniem kunnen kiezen. En deze week, in week 33, realiseerde ik me dat er nog een mij bekende schrijver zulks had kunnen doen:  Carlos Casteneda. 

Hoe ik in week 33 op zijn naam stuitte?

Oh, ik heb zijn boeken in de jaren zeventig stukgelezen. Ook andere spirituele teksten zoals van Blavatsky, Gurdiieff en Hesse waren een hype van grote verwachting in zelfontplooiing, waarop ik vrolijk in meedreef, naast maatschappijkritische bewegingen op gang gebracht door De Club van Rome. 

Maar van de ene dag op de andere moest ik niets meer hebben van dat "spirituele gelul". 

In week 33 ging ik voor het eerst sinds de uitbraak van Corona naar een Kringloopwinkel. Er was nagenoeg niemand. Ik voelde me veilig, nam de tijd in de boekenhoek en stuitte o.a. op Tom Butler-Bowdon 's ' Spirituele Klassiekers'. Ik heb nog steeds weinig op met spirituele werken, maar ben dol op lijstjes. Nieuwsgierig naar dé 50 Klassiekers, besloot ik het boek aan te schaffen onder het motto  Voor 2 euro kun je je geen buil vallen. 

En daar staat Casteneda vernoemd met zijn derde boek 'Reis naar Ixtlan'. Naar mijn boekenkast gerept. Natuurlijk niet te vinden, net zo min als Capra 'De Tao van fysica' en Hermann Hesse's Siddhartha. Allemaal verwijderd na..Hoe zat het ook weer?

Ik vind hem onder nummer 34 James Redfield  'De Celestijnse Belofte'' 

Ad, mijn vroeg gestorven vriend en toenmalig collega had me zover gekregen om het boek te lezen en over mijn leeservaring op het prille internet te publiceren  Hij had al een kritische recensie geschreven. Ik ging daar overheen en hij ging vervolgens nog verder. We lieten geen spaan van het boek en zijn volgelingen over. We genoten van de tegen-reacties. Het was allemaal zo nieuw. Mijn gescheld leverde per ommegaande teleurgestelde reacties op  maar ook venijnig gescheld.. We genoten ervan. Steeds feller kwamen de gelovigen tegenover ons empirisch scepsisme te staan. Na enkel publicaties kwamen er reacties die ons bijvielen.

We zijn toen gestopt. Wij wilden geen volgelingen hebben. Het moet toen zijn geweest dat ik al mijn spirituele boeken de deur heb uitgedaan. 

Ik had in die tijd een poster op mijn kamer van Loesje: "Lees alles, maar denk zelf."

Nu 25 jaar later neem ik me voor de samenvattingen van de 50 spirituele klassiekers nauwgezet te lezen. 

Misschien kan ik alsnog aan mijn zelfontplooiing schaven.  

zondag 9 augustus 2020

Waardedaling

Nog net voor de tweede hittegolf dit jaar, in de tweede uitbraak van het virus had hij gevraagd of hij enkele dagen mocht logeren.
Of beter gezegd, of hij enkele dagen bij ons kon werken, waarbij het uurloon op 5 euro was bepaald.
In aanloop ven Luca's logeerpartij had ik een lijstje gemaakt:

   1. tuin: augurken oogsten en inmaken, bonen plukken en de laurierhaag snoeien. Die laatste klus  schatte ik op een volle dag werken.
   2. De oprit met de hogedrukspuit schoonmaken. Bij voorkeur op een dag waarop de temperaturen  opliepen.
   3. Zonnepanelen op het dak schoonmaken. Zeker niet bij warm weer!
   4. Kippenhok. Zand uit de ren afgraven en nieuw zand erin. Zeker een dag of meer werk.

Jaren geleden hielp mijn neefje Rik mij elke zaterdag met tuinwerkzaamheden. Dat was in de tijd dat het bos en struikgewas rondom ons huis transformeerden naar de tuin in de huidige staat. Na enkele jaren werd het neefje een neef, een uit de kluiten gewassen jongeling, die waar vroeger het zwaardere en gevaarlijke werk door mij werd gedaan, wij ongemerkt van rol wisselden. Hij klom voortaan met de kettingzaag in de boom terwijl ik beneden het touw vasthield.

Met Luca zou ik dat traject opnieuw bewandelen. Weliswaar was mijn startconditie vele malen minder als toen, maar toch, ik zou een jongen van veertien veel kunnen leren en hem sparen bij zwaar en gevaarlijk werk.

Ik instrueerde hem omslachtig hoe de heggenschaar werkte en dat hij daar voorzichtig mee moest omgaan. Na enkele minuten had hij genoeg gehoord en tot mijn verbazing schoor hij de haag zeker zo recht als ik deed. En...ik zag dat hij op grotere hoogte zelf beter werkte dan ik.
Zo ging het ook de volgende dag met de hogedrukspuit. 


Maar de grootste klap in mijn ego moest ik de volgende dag ervaren.
Het schoonmaken van de schuin geplaatste zonnepanelen viel me tegen. Met moeite haalde ik met de spons de bovenzijde van het paneel. Mijn 74 jarig bottenstelsel had in de loop der jaren de souplesse verloren om schuin voorover te hangen. Liggend op mijn knieën, met mijn linkerhand het evenwicht houdend, lukte het me moeizaam.


Toen ik één paneel gezuiverd had keek ik achterom. Luca was aan zijn vierde paneel begonnen. En ik kon helaas niet zeggen dat hij het te oppervlakkig had gedaan. Zijn behandelde panelen blonken in de zon.

Als zijn uurloon 5 euro is, wat is de waarde nog van mijn werkuur?

zaterdag 1 augustus 2020

Metamorfose van een Roermonds plein

"Met Remco Koumans van De Limburger. Bent U Cor Creemers, auteur van de blogs op Gaspeltuin44?"

Zo begon het contact met een journalist van De Limburger.
In de rubriek 'Metamorfose' wilde hij aandacht besteden aan het Zwartbroekplein in Roermond

Hij was op mijn blog gestuit waar ik, terug op de plek waar ik van 1952 tot augustus 1958 heb gewoond, verslag doe van mijn verwondering, verbazing en ook wel mijn onthutsing
Hoe kon men zo'n mooi plein vernietigen!

"U hebt dus aan het plein gewoond.
Mag ik U een aantal vragen stellen?"

En na een klein halfuurtje: "Mag ik je citeren?"

Op 16 juli verscheen de krant met het artikel "Waar Cor in zijn kinderjaren veilig kon oversteken."

Zoals zo vaak is het meeste wat ik verteld heb weggelaten
Ik had gehoopt op een vinnige aanklacht tegen bestuurders die begin jaren tachtig zonder enig historisch benul of gevoel kwistig met de sloopkogel lieten rondzwaaien om op de puinhopen nieuwe complexen te kunnen bouwen.

Zo verdween eerder het oude stadhuis in Eindhoven voor een winkel en in Roermond werd De Kweekschool (nog gerestaureerd door stadsgenoot Cuypers) en het voormalige Hotel Victoria tegen de grond gesmeten om plaats te maken voor de rechtbank en het belastingkantoor.


Het ergste vind ik, maar dat zal ik nooit prijsgeven, dat als ik ooit beroemd word geen bordje aan het pand van de Willem II Singel 73 kan worden gehangen met de tekst

'Hier woonde hij tijdens zijn Lagere Schooljaren. Hij was toen gelukkig.'