woensdag 30 december 2015

Kersttijd

Om  Kerst hangt het aureool van zoetigheid en kitsch en waar is die sfeer tot op ongekende hoogte geĆ«xploiteerd?
De Efteling... vooral waar het in de vormgeving van  Anton Pieck de laat negentiende eeuwse sfeer van Dickens weet te benaderen: in het oeroude sprookjesbos.

Latere attracties bevredigen de steeds hoger liggende spannings-lat van de parkbezoeker met als hoogtepunt de recentelijk geopende marteling 'De Baron', waar bezoekers met lef worden vastgesnoerd om vervolgens in duizelingwekkende vaart van grote hoogte naar beneden te worden gekukeld, waarna de gondel met de vastgesnoerden in grote vaart nog enkele malen over de kop zwiept.
De geuite kreten hebben niets met betovering van doen, ze geven uiting aan van angst, van pure doodsangst.
Voor deze beleving hebben ze soms meer dan een half uur in de rij gestaan.

Maar niet op eerste Kerstdag, dan is het er redelijk rustig verzekerde Femke ons omdat autochtonen hun Kerst te serieus nemen om zich banaal onder te dompelen in een attractie buitenshuis.
En zo was het. We struinden in redelijke rust door het park.
Waar ik enkel goddeloze allochtonen had verwacht zag ik voornamelijk (ex-) christelijken.

We hebben enorm genoten. Waarom is Eerste Kerstdag niet de meest bezochte dag vroeg ik me verbaasd af. De gevreesde landerigheid maakte plaats voor een paradijslijk genieten.

Het was al donker toen we in Oisterwijk aan de cadeaus en diner konden beginnen met een gastheer en gastvrouw die vanwege een vermoed buikvirus steeds meer moesten afhaken.

In mijn fototoestel tref ik enkele mooie herinneringen van Kerst 2015 aan.


De bende van vijf aan de voet van de gigantische met kunstsneeuw bespoten kerstboom van de Efteling


Het cadeau zonder adressering behoorde toe aan diegene die na het leggen van de fotopuzzel zichtbaar zou worden. Maar wie is die jongen? Enkelen dachten dat de jonge David Thijn verbeeldde.

Verder is de Kerstvakantie logeertijd, staan de kleinkinderen met ieder hun eigen logeerkoffer aan onze deur en verheugen zich op de attractie het 'slapen-buitenshuis'. 



En verder verheugen ze zich op de jaarlijks weerkerende kerst-uitstalling bij hun oma en opa, die met een beetje fantasie de sfeer van het Sprookjesbos benadert.





  

woensdag 23 december 2015

Foto's van vandaag, 23-12-2015

Het is al dagen veel te zacht voor de tijd van het jaar.
De buitentemperatuur is 14 graden.
De kerstboom is nog nooit zo warm gezet.


Er is dit jaar nog iets bijzonders. Onze altijd met witte ballen opgesierde boom heeft een vreemde toegelaten. Als je goed naar de boom kijkt zie je bovenin een rode bal. Hij is er door Riny ingehangen met de gedachte er is altijd wel een plekkie te vinden, wir schaffen es. 
De rode bal komt uit de verzameling kerstspullen van haar moeder.

Ook buiten is het anders.
Zowel de roos als de geranium staan nog in bloei.


Het is de vraag waarom dat anders-dan-anders ons zou moeten verontrusten.
Is het geruststellender als alles bij het oude blijft, de eeuwige onveranderlijkheid?
Alles verandert, niets blijft, stelde ooit een Griekse filosoof.
Waartegenover de even diepzinnige bewering staat: 'wat is,is'.

Je suis Cor, maar o zo veranderlijk. 





woensdag 16 december 2015

Opruimen of bewaren?

Steeds vaker word ik in woord en geschrift (zie beneden) gemaand om meer op te ruimen, spullen weg te doen.
Je schijnt er gelukkig van te worden van dat wegdoen en loslaten. Het zijn vooral vrouwen in wollen rokken die daartoe oproepen. Eerst wordt de drang naar bezit, naar verzamelen in een kwaad daglicht gesteld. Het is troep waar ik me mee omgeef, tenminste slechts materie.. Of ik die meewarige verzamelaars ken die via een spleet zich een weg in hun huis  moeten graven? Zo vergaat dat mij nog eens! En of ik ben blijven steken in de anale fase? Als die vernedering niet helpt schromen ze niet om het milieu en het voorbestaan van de aarde erbij te halen. Het zijn de predikers van de leegte, de normerende nonnen van het loslaten.

Soms, ooit,  ging ik overstag in hun religie en ruimde op.
Toen ik net gepensioneerd was, heb ik een opruimkoorts gevoeld. Een nieuw leven, een nieuw bezit. Van veel waarvan ik toen afstand heb gedaan heb ik spijt. Mijn bandrecorder, mijn eerste fotocamera, mijn muziekbanden, boeken van Astrid Roemer, mijn negatieven... Voor elk wegwerpgebaar had ik een verklaring. Bijvoorbeeld: Wat moest ik met negatieven, ik zou toch nooit meer in een donkere kamer kruipen. Digitaal was de toekomst.
Ik gooide twee van de drie negatieven-ordners weg.
Waarom behield ik die ene?

Vorige week schafte ik me voor enkele tientjes een apparaat aan waarmee filmmateriaal kan worden gedigitaliseerd. Nu struin ik dagelijks door mijn bewaarde ordner. Van elke rolletje drukte ik in het verleden maar enkele negatieven af.
Veel materiaal is nooit afgedrukt, zoals onderstaande twee foto's, die als ik naar de kinderen kijk korte tijd voor het overlijden van mijn ouders moeten zijn genomen. Ze waren vermoedelijk op ziekenbezoek voor Thomas, die er niet zo erg ziek bij zit in zijn ochtend- jasje.



Nu kruist een nieuwe Marta Leuterdoos mijn pad.

Waarom ik toch steeds met het verleden bezig ben?
Oude mannenrigheid, weet ze.
Je moet in het nu leven, onderwijst ze.
Daar word ik echt gelukkig van, verzekert ze me.

Ik sluit om te genieten voortaan de gordijnen.

(Deze tekst kwam tot stand na lezing van het essay Opruimen is een kunst van Marja Pruis in De Groene van 10 dec. 2015 met als ondertitel: Marie groet de dingen en gooit ze weg. Het boek dat haar inspireerde en beslist niet op mijn verlanglijstje staat is Marie Kondo , Opgeruimd! De manier om orde en rust in je leven te brengen. Bruna 2015.)

woensdag 9 december 2015

De wasbak en oude man

1. De val.

De nacht van donderdag op vrijdag probeerde de oude man vergeefs de ochtend zonder w.c. bezoek te halen, terwijl zijn blaas al enige tijd het go-signaal gaf. Rond half vier moest hij vaart maken en hield daarbij geen rekening met de losliggende mat nabij de wasbak. Hij schijnt in zijn val het console te hebben gegrepen, dat samen met zijn arm met een donderend geweld de wasbak trof waarbij enige scherven afbraken en inclusief zijn lichaam neder kletterden.
Al vallende dacht hij:  'Daar ga je, oude man!'

2. De actie.

De volgende dag bevestigde hij onder de mat anti-slip en schafte zich in nauw overleg met zijn vrouw een moderne wasbak aan. Wat is er veel veranderd op sanitair gebied in de laatste 40 jaar dacht de oude man.

3. De uitdaging.

Op loodgietersterrein had de oude man zich nooit hoeven te begeven.
Zijn jongste zoon vindt zo'n nieuwe klus echter uitdagend en laat zich daarbij graag instrueren door een you tube filmpje ter zake op zijn I phone; de oude man belde liever een loodgieter.
Omdat hij wist dat je situaties die je voor het eerst aangaat beter onthoudt dan routinematige handelingen, ging hij overstag.
Hij houdt immers van herinneringen, ze houden hem op de been.

4. De klus.

Op zondagmiddag had de jongste zoon tijd. De doe-het-zelf zaak zou tot vier uur open zijn.
Omdat de nieuwe wasbak smaller was dan de oude en ook hoger naar even later bleek, paste de oude bevestigingssteunen niet, de oude kraan diende ook te worden vernieuwd en even later bleek dat het oude sifon vervangen moest worden met de daarbij benodigde diverse ringetjes en klemmen, die slechts in grootverpakking konden worden aangekocht.
Voor elke vraag ging hij direct naar de winkel.
De laatste keer zelfs naar die in de grote stad, omdat het al na vieren was.
Ook zijn zoon moest vanwege sinterklaas nu echt naar huis.


5. Het resultaat en de trots.

Het was buiten al donker, toen de oude man de complimenten van zijn vrouw in ontvangst nam. 
Met de tegeltjeswijsheid 'Als je volhoudt komt alles goed' vierde hij zijn Sinterklaas.

woensdag 2 december 2015

Paarden

Ik heb niks met paarden.
Zonen gaan voor balspelen.
Met kleindochters opent zich een nieuwe wereld, de paardenwereld.

Noa moest afgelopen zondag 'op' voor een dressuurwedstrijd op een door de jury aangewezen paard. Dat werd Iwan, die zijn naam niet mee heeft als het om de aaibaarheidsfactor gaat.

Ooit zat ik op een paard. Dat was in Ameland, het was Pasen 1970. Het waren hele makke paarden had de verhuurder gezegd. Samen met vrienden maakten we een strandtochtje. Het ene paard rolde zich in het zand, het ander sloeg op hol.
Zoals ik in Arendsoog gelezen had, hield ik mijn paard in bedwang door de teugels  aan te trekken en wel zover dat het paardenhoofd zowat in mijn kruis lag.
In een kramp zijn we naar de stal terug gereden. Nooit meer op een paard.

Voor mijn kleindochters bestaat het leven uit eten, slapen en paarden. Het enige woord dat ze opgeven aan een zoekmachine is...jawel paarden.
Op hun verlanglijstje staat slechts een enkele wens, een paard.

Hoewel Iwan een pony is, torent zijn rug ver boven Noa's cap.



Het plezier wordt door het wedstrijdelement vermengt met spanning. Dat voelt zo'n beest, denk ik.
Papa moedigt haar aan. Dat hoort zo'n beest ook, denk ik.


Ik houd mijn adem in. Ze doet het goed. 
De jury ziet ook anderen, die het in haar ogen nog beter doen.
Dan volgt de nazorg. Het afborstelen. Dat mocht ik van haar doen. Ze zei, dat ik het goed deed.

Nu ben ik benieuwd of mijn kleindochters deze blog ontdekken als ze weer eens Paarden googelen.