woensdag 28 december 2011

Boekenlijstje 2011

Kerstmis is het moment om lijstjes van de beste boeken op te maken en te publiceren.

Ik las dit jaar tot nu toe 120 boeken en maakte er recensies van plus beoordelingen op de schaal van 1 tot 10 en dat allemaal vastgelegd in mijn boekenboekje.
Anders dan vorig jaar tekende ik ook non fictie en graphic novels op. Als ik mijn boekenboekje doorblader om mijn ranking van de beste drie samen te stellen merk ik dat door de verscheidene genres een fruitmand is ontstaan vol appels en peren, boeken die niet met elkaar te vergelijken zijn.
Laat ik me daarom beperken tot de fictionele werken.

Zowel in het Eindhovens Dagblad (ED) als in de Volkskrant (VK) geven diverse recensenten hun bevindingen van de beste boeken van 2011 met het bespreken van maximaal drie titels.
Het bevestigt soms, dan weer inspireert het om te lezen.
Bij de keuzen in het E.D. merk ik dat míjn beste boek op geen enkel lijstje voorkomt.
Dan ga je twijfelen.
Gelukkig tref ik de titel in de VK wel aan.
Twijfel verminderd.

Er doemen voor een verantwoorde vergelijking allerhande problemen op. Zo zijn er recensenten die zich beperken tot keuzen uit een bepaald genre of rubriek bijv. nederlandstalig of non-fictie.
Die laatste sla ik voor deze tekst dus gevoeglijk over.
Er worden ook boeken besproken uit eerdere jaren. Zo zijn sommige vertaald en pas dit jaar verschenen.

Míjn bronmateriaal bestaat uit dit jaar gelezen boeken. Daarbij zijn titels van jaren geleden.
Een waardering met een negen wordt een enkele keer uitgedeeld. Ook een 8,5 komt niet vaak voor.
Wat is het verschil tussen een 9 en een 8,5?
Als ik boeken met beide scores de revue laat passeren zie ik nu weinig verschil.
Welk van die boeken behoren (nu) - door mijn toenmalige beschrijving beïnvloed - tot de beste ?
Welke criteria leg ik nú aan bij de beoordeling in tweede instantie?
Een belangrijke toets is of het boek me is bijgebleven.
Van enkele komt maar zeer langzaam de inhoud weer tot leven!

Toppers, meerdere malen genoemd in beide dagbladen zijn Tonio van van der Heijden en Bonita Avenue van Buwalda. Zij vallen niet onder mijn drie boven genomineerden, evenmin als Brouwers' Bittere bloemen en Marente de Moor's De Nederlandse maagd.
Mooi, prachtig maar...je moet kiezen.

Dan nu mijn lijstje:
3. Correcties van Jonathan Frantzen. Nog krachtigere analyse van de moderne tijd dan zijn ook dit jaar verslonden latere uit 2010 daterende werk Vrijheid.
2. Sunset Park van Paul Auster. Wederom een zedenschets, een kroniek van het dagelijkse leven, van agressie, koppigheid en schaamte tegen de achtergrond van het krakersmilieu.
Twee Amerikanen in mooie vertalingen. Mijn derde coryfee, Philip Roth viel net buiten de boot met Nemesis en het oudere Het complot tegen Amerika.

En de winnaar is...
Helaas geen Nederlander...

1. Laurent Binet HhhH (Himmlers hersenen heten Heydrich) Over de aanslag in Praag op de ongekend sadistische beul Heydrich.

Ook Jaap Scholten in de VK nomineerde dit boek.
Scholten won dit jaar de Libris geschiedenisprijs met Kamaraad Baron. Dat kreeg van mij een 8,5, evenals Jan Brokken met Baltische Zielen, die daarmee de geschiedenisprijs ook zeker verdiende.
Deze boeken vallen in een andere, niet bij bovenstaande ranking betrokken rubriek, een rubriek die ik echter steeds vaker lees.
In HhhH is de scheidslijn tussen fictie en non-fictie erg dun. De auteur heeft alle feiten nauwgezet nagetrokken of ze kloppen. Hij had echter bij blinde vlekken verbindende tekst nodig en koos dan voor de meest waarschijnlijke 'fictie'. Resultaat was bij mij de conclusie: 'Zo is het gebeurd', zelfs op plaatsen waar de auteur aangeeft dat 'Het zo gebeurd kon zijn'.

Deze blogtekst herlezend raak ik een beetje beschaamd. Ik koos uit toevallig bijeen gelezen boeken, ik koos uit verschillende genres, uit verschillende jaargangen, ik koos met boterzachte criteria.
Ik doe zovelen tekort.
Ook appels lijken onvergelijkbaar bij grote dorst.

Met al die bedenkingen draag ik desondanks fier en overtuigd voor: Binet met HhhH.
Lezen dus!

woensdag 21 december 2011

Ontluikende schaamte



Bij schaamte voel je je bekeken, je ziet jezelf door de ogen van de ander.
Jonge kinderen kennen dat niet. Ze zijn onbevangen, nog helemaal zichzelf. Naarmate ze meer opgenomen worden in een gemeenschap van anderen, ontluikt de schaamte en het daaraan gekoppelde aanpassingsgedrag, de socialisering. Einde authenticiteit en autonomie.
Aanpassen, zo word je lid van de gemeenschap.
De prijs versus de opbrengst.

Afgelopen zondag met Luca en Noa naar de overdekte schaatstent in hun dorp getogen, die daar, zoals in vele Kempische dorpen in het kader staat van de Kerst, pal naast de kerststal.

Sneeuw en ijs maken ouderen jeugdig. Ze herinneren zich hun jeugd, toen alles nog rein en onbedorven was. Botbreuk trotserend glijden ze over het ijs, wagen zich aan een sneeuwbalgevecht, sleejen er roekeloos op los. Angst en schroom verdwijnen als het ware als sneeuw voor de zon.
Zo verging het me dus in die tent. Eenmaal op de kleuterbaan overviel me een onbedwingbare lust om te glijden. Met de daar te bemachtigen dolfijnenrollater kon ik het sterk afremmen (met de ijshockeyschaatsen) uit mijn puberteit imiteren. Vlak voor het te imponeren of te omzeilen sub- rep. object scherp naar links draaien. Schielfertjes ijs daarmede omhoogspattend.

Met de kleinkinderen op de dolfijn zwierde ik over de baan, behendig de passerende obstakels vermijdend.
In zo'n schaatstent spelen ze nationale muziek, zoals die van Jantje Smit, waarop het heerlijk bewegen is.
Zonder daar erg in te hebben begon ik mee te zingen.
Plotseling draait Luca zich naar me om en zegt: "Niet doen opa, iedereen kijkt en dan lachen ze je uit..."
Ik was te verbouwereerd om toelichting te vragen. Bijvoorbeeld of dat lachen mijn zingen zou betreffen of mijn voortbewegen, of wellicht mijn schaatsloze schoenen.
Ik zei dat niemand naar ons keek. Zo voelde ik het ook, onbekeken, onbevangen, alleen met mijn kleinkinderen op het ijs.

Naast de baan stond een man - een vader van Luca's vriendje? - die naar ons zwaaide. In ons voorbijgaan zei hij lachend tegen me "Vermoeiend hè? ".
Wat zag hij?
Had ik een rood hoofd of zag ik juist bleek?
Ik verminderde vaart.
Ik voelde me ineens weer oud.

Door de ogen van de ander.

woensdag 14 december 2011

Der dagen bestemming

14 December: de dag van mijn afscheid bij Fontys, de dag dat ik 'Houdoe' zei (en gaf), vandaag op de kop af drie jaar geleden, een dag waaraan ik mooie herinneringen overhoud.
Een goed moment om terug te blikken op drie jaar arbeidsloos leven.

Het eerste jaar reisden we veel, deden wat we daavoor door verplichting aan mijn werkgever moeilijk konden doen en ineens volop mogelijk was, alle tijd nemen, eindelijk de reizen van onze dromen vervullen. We bezochten o.a. West-Canada, de Ardèche en Berlijn. We sliepen meer in een vreemd dan in ons eigen bed.
Ook aan reislust komt een einde.
Het leek erop alsof ik met de vele reizen, met de uithuizigheid het antwoord op de vraag hoe het me (thuis) beviel om niet meer te werken voor me uit had geschoven.

Het tweede jaar zocht ik vervangende werkinvulling. We starten met de bouw van een overdekt terras. Aan het upperen beleefde ik veel genoegen en werd door compaan Theo gevraagd om mee te helpen bij andere bouwprojecten, zoals bij de verbouwing van een oude boerderij aan de Kromstraat in Valkenswaard. Ook bij de renovatie van het huis van Thomas en Femke in Oisterwijk kreeg ik klussen aangewezen.
In het najaar presenteerde de kransslagader bij het laden en lossen van zakken oude koemest de rekening van te hoge cholesterol gecombineerd met enkele erfelijke knikjes. De succesvolle operatie en revalidatie die erop volgde betekende allerminst het einde van mijn plezier in lichamelijk werk, integendeel. De revalidatieartsen brachten me op het spoor van cardiofitness, die vervolgens resulteerde in frekwent bezoek aan de sportschool.
Gemiddeld fitness ik nu drie maal 2,5 uur per week en voel me kiplekker.

Maar de vraag blijft knagen hoe mijn leven in te vullen, hoe het geleden statusverlies te compenseren.
De vraag anders gesteld: Is mijn fitheid een doel of een middel tot goed leven?
Is er meer dan klussen, kleinkinderen en andere zaligheden?

In mijn bureaula liggen al enkele maanden de ingevulde Kamer van Koophandelformulieren voor het starten van een eigen onderneming.
Vind ik het zinvol, is het zingevend om de nu nog hap-snap coaching- en advies gesprekken, de op basis van vrijwilligheid geleverde hand-en-spandiensten bij onderwijs en gemeente onder te brengen in een ZZP zaak?
Maar...
Tracht ik de onvermijdelijkheid van status- en betekenisloosheid te ontlopen?
Moet ik niet als een Zen boedhist het vrolijke niets leren aanvaarden?
Wat zegt de levenskunstenaar hierover?

Ik twijfel...
Misschien is dit wel een nieuwe markt, oudere uitgerangeerde, uitgewerkte pensionada's coachen bij hun existentiële vragen...

Voorlopig zal ik antoorden proberen te vinden via de methode van zelfreflectie en -hulp.
De komende donkere dagen hebben een bestemming gekregen.

dinsdag 6 december 2011

Double K

Over één kwestie twijfel ik al jaren niet: ik ben voor Sinterklaas.
De Kerstklaas zegt me niets, ondanks jarenlange indoctrinatie door het jeugdblad Donald Duck, waarin rond deze tijd steevast de zich op een slede voortbewegende pseudosint, een yeay yeay kreten slakende dikkerd zich populair maakte bij de neefjes Kwik, Kwek en Kwak.
De Amerikaanse traditie kreeg geen voet aan de grond in huize Creemers.
6 December was de dag, de spannende dag, waarop in de vroege ochtend mijn vader plechtig de speelkamer opende en wij ons op ons de dag ervoren geplaatste bord met naamkaartje stortten, gevuld met pepernoten, speculaas en een kado.
Jaren later waren de avonden van 5 december tot diep in de nacht gevuld met het uitpakken van pakjes, de soms gevreesde surprises.
De sint dichtte er duchtig op los, benoemde kwesties een keertje onverbloemd.
De weken ervoren was er achter gesloten deuren het uiterste gevergd in rivaliserende creativiteit.
Ook toen de meesten het nest verlaten hadden, kwamen we tot het overlijden van onze ouders die avond bijeen, altijd eindigend in de oplossing van de puzzel die ons weken had bezig gehouden: wie had wie getrokken?

Met Kerst restte na de nachtmis een mandarijn en die had godbetert het kerstkindje daar neergelegd.

Nee, Klaas voor Klaus?
Ondenkbaar.

Maar nu zijn er kleinkinderen.
En die hebben meerdere grootouders, waarover de decemberfeesten verdeeld moeten worden met als resultaat dat wij het kerstfeest hebben.
Het eigene van dat feest, het diner, is voorlopig toch te mager voor de kleine kroost om zich erop te kunnen verheugen.
Dus hebben we een kerstboom, dus hebben we kadootjes. En die legt ene Kerstman daar neer.

Nee, er is nog geen sprake van een recessie.
Het gesprek over matiging wordt ingegeven door de angst voor verwenning en teveel.
Voorlopig is er sprake van triple A en double K.

En wij ouderen met afkickverschijnselen behelpen ons met een kaal kado voor een 'getrokkene', wat gebeurt via de lootjessite op internet.
Via dezelfde site kan het verlanglijstje worden gevuld.

De creativiteit zit voortaan hierin: wat heb je in Kerstklaasnaam te vragen?

woensdag 30 november 2011

Trots-op


Een Duitser was trots, een grote borst om medailles op te spelden. Dus leerden we bescheidenheid.

Trots-op verwijst naar iets of iemand buiten je. Dat mag. Dus bezigen we dat vaak. Er straalt iets royaals vanaf. De ander staat centraal.
Velen waren trots op Nederland en Rita. De laatste houdt het voor gezien. Maar de partij, de beweging leeft voort!
In het ED van vandaag lees ik over onderlinge doodsbedreiging in de Trots op van de Eindhovense raadsfractie. Daar kan niemand trots op zijn.

Trots en trots-op hebben beide effect op het zwellen van de borst.
In hetzelfde ED, de stadseditie, lees ik met trots het artikel over David Creemers, die per 1 december een tweede osteopathievestiging opent met als noviteit een twitter spreekuur. Dat laatste verraadt zijn relatie met marketing.

Ik ben zijn vader.
Daarom en daardoor ben ik trots-op.
Bij trots-op spelen de prestatie en de relatie beide een rol.
Wie de relatie mist, mist ook de prestatie.
Dan is het hooguit een mededeling: Osteopathieconsult via twitter. Gekker moet het niet worden!

Vanaf nu bestaat de kans dat iemand me meedeelt dat David in de krant stond. Die iemand weet dat hij me niet op de hoogte stelt van de publicatie, nee, hij laat me weten dat hij het opgemerkt heeft.
Als hij een goed waarnemer is ziet hij dan mijn borst een beetje zwellen. Niet zoals bij een vooruitstaande Duitse borstkast vol decoraties, maar een verheffing zoals bij een zucht de borst even omhoog wordt gebracht. Als de borst bij het uitademen weer zijn normale postie inneemt zal ik in terughoudend Nederlands zeggen: "Tja, ik ben een beetje trots op hem."

dinsdag 22 november 2011

vergrijzing, grijstinten


De herfst zal niet alleen, beste Jan Siebelink, schitterend zijn, maar is schitterend.
Nu is er dan de mist, zeldzamer dan de jaren ervoor, door schonere lucht.

In het E.D. van heden zegt de Valkenswaardse wethouder Mart W. dat in onze wijk, het Gegraaf, de vergrijzing moet worden teruggedrongen. Er zijn hier relatief veel goedkope flats en woningen, vandaar die vergrijzing, betoogt hij.
Hij presenteert een wijkontwikkelingsplan 2011-2014.
"Om de vergrijzing tegen te gaan, streven de gemeente en woningbelang naar voldoende betaalbare huizen voor starters en doorstromers."
Oorzaak en bestrijding hetzelfde!?
Ratten verdwijnen niet door meer voer te strooien...

De laatste tijd sluipt er een toenemende negatieve emotie in het begrip "vergrijzing".
Was de oudere voorheen hulpbehoevend en eenzaam nu vergrijst hij de samenleving.
De na-oorlogse babyboomers, die de hogere functies bezet hielden gaan nu ook nog een als vergrijzend deel een loodzware hypotheek leggen op de navolgende generatie.
Crisis, inflatie, recessie.
En wie is daarvoor verantwoordelijk?

"De onderlinge verbondenheid tussen de bewoners (van onze wijk) is al sterk verbeterd."
Wie of wat is daarvan de veroorzaker...?
De door ouderen verricht vrijwilligerswerk, ouderen, die wijkintitiatieven zoals garagesales starten...?

De oudere verandert.
Daarover is iedereen het wel eens.
Vooral dat hij steeds ouder wordt, o ramp.
Duurdere gezondheidszorg, onbetaalbaarheid van de AOW en zijn pensioen.
De oudere als zorg, vergrijzing zorgwekkend.

En dan meldt de Volkskrant van zaterdag jl. dat sommige ouderen zich niet meer neerleggen bij aftakeling en hun onafwendbare einde.
Ze sporten zich een ongeluk en spuiten zich vol met levensverlengende substantie.
Meewarigheid op het randje van onmaatschappelijke veroordeling. Het ware toch beter dat het pilletje van Drion gratis zou worden verstrekt.

Ik pleit voor een vrolijke vergrijzing.
Genieten van onze herfst.
Volgens het idee van Paul Schnabel zetten we ons bijeengeschnabbeld huis in voor verlenging van onze vergrijsde fase en we worden verder gezien als medemens die het beste met iedereen i.c. zichzelf voorheeft.
En we weigeren verder gezamenlijk om een bevolkingsgroep de schuld van de crisis te geven.
Deal?

Ik tuur naar buiten. Zie dankzij de mist hoevele en mooie grijstinten er te zien zijn.

woensdag 16 november 2011

November blues






De virtuele vereniging HEND in HEND bestaat al een tiental jaren.
HEND staat voor Help Elkaar November Door.
De vereniging heeft een volstrekt ideële doelstelling nl. om elkaar steun te bieden in de moeilijkste maand van het jaar.
November.
Een maand van sombere herinneringen, de maand waarin het licht verloren raakt.
Een jaar geleden lag ik op een donkere mistige novemberdag onder het mes.
En dit jaar?

Buiten, wat een warmte, wat een licht...
Indian summer in november!
Natuurlijk is het crisis in Europa en elders in de wereld, maar dat is ook alles waarover de HENDER kan klagen.
Neem bijvoorbeeld het weekend van haar voorzitter, bekijk zijn fotoverslag.

Vrijdag met zijn zoon ( 11-11-11 om 11 uur ontving hij de sleutels van zijn nieuwste bolide. Er stond, zo zegt hij, 11 kilometers op de teller.Gekker kun je het niet maken.) en kleinkinderen naar de Malpie gefietst, een schitterend natuurgebied ten zuiden van V., getuige het tegenlichtkiekje van 'ven achter bomen'.
In de buurt van dat Malpieven bouwden ze gezamenlijk een hut van gesprokkeld hout. Ze lieten zich voor hun droomhuis vereeuwigen en beloofden elkaar deze plek aan niemand prijs te geven.
Zaterdag.
Voor de zus van de voorzitter betekende november 2010 de start van een zwaar genezingsproces. Haar drie dochters wilden die periode gedenken, wellicht bezweren met een blijde dag in het teken van de EEND (Eindelijk Einde November Daarvoor(?)). Ze voerden hun ouders in een eendenpuzzeltocht in een Eend naar L-eend-e en verder naar het Belgische Hasselt. Daar in café Café sprongen de dochters als drie musketiers voor hun ouders verbouwereerde neuzen.
Even later kwam de inner circle van broers en schoonzussen al kwakend uit een achterkamer tevoorschijn.
De vrolijkheid verdreef de zwaarte van de herdenking; haar steunpilaren werden in liefde omarmd.
En toch was het november.

Op zondag moest de voorzitter bekomen van de emoties.
Zijn jongste kleinkind op bezoek, slechts enkele weken vertikaal in het leven, ontdekte de Turken handveger-en-blik en veegde de laatste restjes negatieve herinneringen op.

November 2011 kan eigenlijk niet meer stuk!

woensdag 9 november 2011

Kuifje in 3D



Van alle ruggen van mijn stripboeken zijn die van 'de Kuifjes' het meest beschadigd. Enkele albums vallen zelfs in losse bladen uiteen. Met drie man sterk hebben we lezend die ravage aangericht.

Wereldbeelden, opvattingen en hobby's zijn door Hergé's scheppingen gevormd.
Zo beweert Thomas dat zijn voorliefde voor maritieme geschiedenis haar wortels heeft in het dubbelalbum 'Het geheim van de Eenhoorn' en 'De scharlaken Rackham'.
Mijn keuze om zoveel mogelijk uitgaves van 'De zwarte rotsen' te verzamelen schuilt in mijn geliefd David-Goliat motief: Kuifjes hondje Bobbie die de grote gorilla Ranko afschrikt, maar op zijn beurt op de vlucht slaat voor een spin.
Davids lievelingsalbum is, geloof ik, 'Kuifje in Tibet', een prachtige hommage aan vriendschap, hoe Kuifje door dik en dun vecht voor het hervinden van zijn vriendje Chang. Eén van de vele voorbeelden dat de klare lijn tekenaar Hergé zijn thema's en beelden uit het leven greep.
Het is niet Kuifje, eigenlijk maar een saai kereltje, maar de bijfiguren, die de strips zo fantastisch maken.
De goeden en de kwaden zijn duidelijk onderscheiden en de goeden overwinnen altijd, de tekeningen zijn realistisch, alles klopt, tot de anti-kapitalistische propaganda in chinese letters in 'De blauwe lotus' toe!

Het lag in de klare lijn (...), dat we Steven Spielbergs film 'The secret of the Unicorn' samen zouden gaan zien.
In 'Zien' wel te verstaan. In dat filmtheater zaten we, vader en zoon, gisteravond - David moest op het laatst helaas afzeggen wegens voorbereiding van zijn te openen praktijk - naast nog twee anderen. Buiten liepen duizenden zich te vergapen aan 'Glow'.

De film is vormgegeven met performance capture techniek, een vervolg op de techniek die werd gebruikt voor 'Beowulf' en 'Avatar'. Het resultaat, deze 3 D film is geweldig! Spielberg gebruikt naast het gelijknamige album ook delen uit 'De krab met de gulden scharen'en 'De schat van de scharlaken Rackham'. De sfeer is jaren dertig met spectaculaire uitstapjes naar de zeeschuimers uit de zestiende eeuw.

Hoe praat je een ander een film aan?
Door: "Ik ga zeker een tweede keer." David?

Kunst houd je bezig...
Vandaag kreeg de film de gehele dag een vervolg. Ik las de albums nog eens door, bestudeerde de analyses ervan in Harry Thompsons '- Hergé- een dubbelbiografie' en las stukken uit de kloeke biografie van Hergé, geschreven door Pierre Assouline, vooral die de moeizame onderhandelingen over de filmrechten tussen Spielberg en Hergé vlak voor zijn dood betreffen.
En schreef er een blog over.

Nu staan mijn Kuifjes weer in rij en gelid in de strippenkast, hun ruggen verder geruïneerd.
Ik zucht nog maar eens een keer. Van die overzichtelijke wereld van toen!

woensdag 2 november 2011

Merels en Mauro




'Ik kan al letters lezen.'
Luca schuift op mijn schoot en wijst in de krant hem herkenbare letters, vraagt welk woord ze vormen. Hij vraagt niet verder naar de betekenis van 'Stapelfraude', '7 Miljard mensen' en 'Mauro'.
Constateert dat de M er twee keer staat.

'Wat gaan we nu doen?'
Ik stel een bezoek voor aan het Vogelverschrikkersfestival, waar je, zo verleid ik hem, ook kunt knutselen en spelen.
Aan mijn hand lopen we even later langs de tientallen vogelverschrikkers. Hij vraagt honderd uit. Op mijn moeizame pogingen volgt steeds weer een nieuwe vraag.
Waar de vogels dan het eten moeten halen bijvoorbeeld.

Als we weer terug op de Gaspel zijn stelt hij voor om een vogelhuis te maken.
Het wordt een vogelvoedselplaats.
Als van afvalhout een toonbaar exemplaar staat, zoekt hij met Noa uit mijn restantverven hun kleuren uit.
Beschermd door oude T shirts brengen ze het gekozen bruin en paars er zo gescheiden mogelijk op.

Daar staat de voederplaats te drogen in de tuin.
Is dit Luca's impliciete reactie, zijn creatieve vondst op zijn onbehaaglijke gevoel dat de vogels in Valkenswaard overal weggeschrikt worden?

En Creatief CDA?
Mauro mag blijven, zolang hij studeert.

dinsdag 25 oktober 2011

Graaiende kraaien






Van nature ben ik een optimist, geloof in de goede kanten van de mens, beschouw het kwaad als een exces.
Soms komt er een aanval op mijn positivo-houding.
Meestal in de herfst.

Thomas en Femke hadden twee door Femke kleurig geverfde polyester schapen in hun voortuin staan. Voorbijgangers glimlachten spontaan bij het zien van die beelden.
Nu zijn ze weg.
De glimlach is verdwenen.
Toen het eerste schaap gemist werd, plaatste Thomas een bord in de tuin. (1)
Reactie: enige dagen later was het tweede schaap weggehaald.
Resten van dat schaap zijn door jongens in de buurt gevonden en in een vuilniszak afgeleverd.(2)

Het tweejaarlijks vogelverschrikkersfestival vindt weer plaats aan de Statie in mijn dorp. Het is een orgie van volkse creativiteit. Vrolijke kunst, de kunst om vogels te verjagen, terwijl je toch van ze houdt.(3)
Vol vertrouwen in de mensheid dwaal ik over het terrein.
Dan valt mijn oop op de vogelverschrikker, die, volgens begeleidende tekst 'op de kleintjes moet letten'.
De kleding van de schrikker is beplakt met muntjes van een oude cent en een en twee eurocenten.
Het ritme van de koperkleurige rondjes is onderbroken door grijze dotten van opgedroogde tweecomponentenlijm. (4 en 5)
In de drie dagen dat het beeld er staat is het ondanks zijn oplettendheid op de kleintjes van koper beroofd.

Te klein voor Occupy.
Graaiende kraaien zijn er in alle maten en soorten.
Welke Schrikker maakt daaraan een einde?
Ik wil mijn optimisme terug!

woensdag 19 oktober 2011

40 jaar getrouwd

Over de preciese trouwdatum heeft jarenlang onduidelijkheid bestaan, veroorzaakt door twee verschillende data: de burgelijke en de kerkelijk huwelijksvoltrekking. Gold lange tijd de laatste als officieel, op de zilveren gedenkdag vijftien jaar geleden besloten we de eerste voortaan als dé datum te beschouwen.
We zijn volgens het boekje in het echt verenigd op 18 oktober 1971.
De ambtenaar van de burgerlijke stand heeft op die dag gehandtekend: Huub Creemers, de jongste zoon van mijn vader, de toenmalige gemeentesecretaris van onze gemeente Waalre.
18 oktober 1971 viel op een maandag; 18 oktober 2011 was gisteren, een dinsdag.
Maar wanneer was ons kerkelijk huwelijk?
Ik kan die vraag niet met zekerheid beantwoorden zelfs door er mijn zeer uitgebreid archief op na te slaan.
Mijn leven lang bewaar ik alle agenda's, aantekeningen, kaartjes, herinneringen etc., maar van de periode 1971, het huwelijksjaar, tot 1974, toen ik startte als docent op de leraressenopleiding NXX, heb ik nagenoeg niets bewaard.
Zelfs onze trouwkaartaankondiging ontbreekt.
Het was, herinner ik me, een rode kaart met de afbeelding van de speelkaarten van een hartenvrouw en -heer, een verwijzing naar onze voorliefde voor het kaartspel, mn. rikken. Hier is in de loop der jaren een einde aan gekomen als gevolg van mijn ongebreidelde zucht om te winnen en mijn geanalyseer achteraf, onuitstaanbaar natuurlijk als je er niet het etiket sport op plakt.

Ik meen me te herinneren dat het kerkelijk huwelijk plaats vond op een zaterdag. De Wethouder van Eupenschool, de school, waar ik toen les gaf was speciaal geopend voor de kinderreceptie.
Het moet zaterdag 23 oktober 1971 zijn geweest.
Van die dag rest een fotoalbum met zwart/witfoto's, gemaakt door een toenmalige kennis van de Philipsfotoclub.
Ik blader in het boek, ontdek veel mij onbekenden en mensen, die inmiddels overleden zijn. Veel foto's van mannen van de hockeyteams heren 1 en 2 van Oranje Zwart, waarin ik toen speelde.
Veertig jaar...
Mijn schoondochters vroegen een paar weken geleden, hoe ik hierop terugkijk en hoe je het zo lang met elkaar volhield. Ik gaf op het tweede deel van de vraag antwoord.

Met Riny bespreek ik de vraag wie de meeste inspanning heeft moeten leveren om die veertig jaar te bereiken, een onzinnige vraag natuurlijk, zoals zovele.
Ik wil mijn analyse kwijt, dat ik het haar niet gemakkelijk heb gemaakt met mijn getwijfel, mijn eerzucht, mijn nieuwsgierigheid, eigenschappen, waar de scherpe kantjes langzaamaan afslijten.
Relatie niet meer als sport zien...
Het lijkt me dat de tocht naar de vijftig gemakkelijker af te leggen valt dan de eerste tien jaren.

De groep die op ons jl. virtuele feest was, heb ik vereeuwigd op mijn persoonlijke geheugenkaart, een groep, die, zo hoop ik van harte, de komende jaren stabiel blijft. In eerste plaats mijn kameraad-echtgenote, vervolgens mijn inner circle van (aangetrouwde)kinderen en kleinkinderen, en mijn familie en vrienden.

Zo, zo is het wel genoeg.
Het broodnodige is vastgelegd voor mijn archief.
Op naar de jaren, die voor me liggen.

woensdag 12 oktober 2011

Golfexamen m/v




Als voorheen op de Pabo op het Hemelrijken een gymnastiekexamen werd afgelegd, werd een klas van de naast het pabogebouw gelegen basisschool opgetrommeld. Die leerlingen waren door de examenwol geverfd, kenden de fasen en de opbouw van een kastieles op hun duimpje, wisten precies waar ze moesten staan en fluisterden de nerveuze kadidaat moed en soms correctie toe.
Zakken was een kunst op zich.

Zoals de Pabo lerend levend materiaal zocht, zo werden we, als lid van de Fontys-Fit golfclub, onlangs benaderd om op te treden als examenmateriaal bij het golfpro examen B.
We konden kiezen uit een les in putten, chippen of afslaan.
Riny koos ervoor om verder te worden gebracht in het chippen en ik wilde verlost worden van de naar rechts draaiende ballen bij mijn afslag.
Vandaag vonden de examens plaats op de Eftelingbaan.
Het zou de gehele dag regenen.
Normaal zou je afbellen.

Riny ging als eerste.
Onderweg waren we tot de conclusie gekomen dat we niet zenuwachtig hoefden te zijn.
Dat lot trof de kandidaat.
Vanuit het mooie clubhuis zag ik op mijn fotodisplay de regen, zag ik Riny, capuchon diep over haar hoofd, luisterend naar de bedoelingen van de kandidaat en ik zag daaromheen drie examinatoren.
Voor de volgende twee foto's ben ik even naarbuiten gelopen, drukte foto's op eerbiedwaardige afstand af, voor geen goud wil je zo'n belangrijke sessie verstoren.
Maar hoe ver de afstand ook was, ik zag aan de houding van Riny, dat het niet goed zat. Vraag me niet waaruit je dat precies kunt zien, het was de uitstraling in haar houding van 'hoe lang gaat dit nog duren?...'

Na drie kwarties komt ze blazend het restaurant in.
Ze klaagt.
Ze heeft zoveel aanwijzingen gekregen, dat ze die nu al vergeten is.
Op het meegegeven kaartje staan alle tips uit het Grote Golfboek waarop je moet letten bij het chippen.
Naarmate de les vorderde, zei ze was het chippen door de aanwijzingen steeds slechter gegaan.
Eén van de examinatoren had haar op het einde apart genomen en in één aanwijzing haar zelfvertrouwen teruggegeven en het chippen bijgebracht op tenminste haar oude niveau.

Even later horen we dat de kandidaat gezakt is.
Tja...denk je dan als examenmateriaal.
Maar niet iedereen kent zo'n reactie; zo'n 50% van de mensheid om precies te zijn.
Die wijten dat aan zichzelf, die voelen zich schuldig...!

Vanmiddag was ik aan de beurt.
Mijn kandidaat is, denk ik, geslaagd.

Ik vond mezelf een goede leerling.
Maar ik ben dan ook een man: zakken is de zijn tekort, slagen mijn verdienste.

woensdag 5 oktober 2011

Familieweekend Hof van Saksen



Vroeg in het voorjaar was dit weekend al vastgelegd.
Hoewel we 18 oktober a.s. 40 jaar getrouwd zijn, hadden we dit weekend uit gekozen om die 40 jaren met de kinderen en kleinkinderen te gedenken.
De locatie: Hof van Saksen, een vakantiepark in de buurt van Assen voor het hele gezin. We hadden ingetekend voor een verblijf in een groot gezinshuis voor 12 personen.

De evaluatie kan kort en bondig: Het was geweldig.
Wat wil je: prachtig weer, een schitterende locatie en een intieme sfeer.

Het weekend begon overdonderend. We kregen prachtige schilderijen van de kleinkinderen, ware kunstwerken. De ouders hebben er op toegezien dat het eeuwige werken zouden zijn, werk-op-linnen en werk-achter-glas. Daarna ontvingen we een Liber Amicorum (zie laatste foto), een schitterend ingebonden boek met bijdragen van de vele mensen die ons lief zijn. Persoonlijke herinneringen van de afgelopen 40 jaar, soms gericht op één anekdote, dan weer een poging tot een overview. De meeste bijdragen verlucht met een foto, waarvan de opnamedatum zich laat verraden door de kleding en haardracht.
Nooit werd door mij een boek zo snel achter elkaar drie maal gelezen.
Tot slot kregen we van 'onze gasten' een luxe hotelbon.

Er was geen programma, enkel mogelijkheden. Het Hof van Saksen heeft alles: een fraai zwembad, diverse restaurants, een animatieprogramma, een overdekt speelpaleis, een roeivijver met een strand, een knutselruimte, diverse speeltuintjes, fietsverhuur met o.a. family-cars (zie foto), etc, etc. En daarbovenop toverde Karlijn met een succesvol eigen animatie de kindergezichtjes via een professionele schmink tot een tijger, smurf of prinses.
Het huis was zeer ruim, een ruimte die door het zonnige weer werd vergroot door de terrassen en de grasvelden.

Ik probeer kritisch te zijn. Was er niets mis?
Ik moet zoeken.
Een enkel stopcontact dat kindonveilig was...een mug die zich de eerste nacht royaal voedde met Thijns bloed...De slechte kaarten die ik kreeg bij het pokeren - maar daartegenover...Thomas kreeg weer hele goede -...

Zo'n weekend biedt de mogelijkheid om met elkaar kwesties te bespreken zoals de onvermijdelijke vraag hoe het gelukt is om 40 jaar bij elkaar te blijven, een vraag die we aardig wisten te beantwoorden met gebruik van woorden als knokken, openheid, ruimte en een dosis voorspoed en geluk.

Op het einde, net voordat de eersten moesten vertrekken wordt eindelijk de familiefoto 2011 gemaakt. Van de andere 100 foto's dit weekend geschoten zou een handige jongen/meisje met gemak een familiecompilatie van de elf kunnen maken, maar wij preferen een groepsportret.
En daar zitten we dan, de grootouders omringd door de inner circle in het besef van een, volgens nobelprijwinnaars steeds sneller uitdijende ruimte met meerdere cirkels van geliefden en betrokkenen.

We hebben nog heel wat tijd nodig om te danken.

(Een andere mijlpaal is hiermee bereikt: dit is mijn 250-e blog op Gaspeltuin)

woensdag 28 september 2011

Dagje Diessen





Diessen, een dorp en voor ons afgelopen zaterdag tevens een werkwoord.
Diessen in september betekent kilometers slenteren door het Reuseldal, waar jaarlijks Landart Diessen is opengesteld: beeldende kunst in het landschap. Vooral de vrouwelijke kunstenaars tonen hun voorliefde de natuur met kleurig textiel op te lappen.
Wat ook voor vorige jaren gold - en waarover we een kritisch stukje in het gastenboek schreven, verrassend opgenomen in het overzichtboek over de eerste drie jaren Landart - was ook dit jaar een gemiste kans: het stroompje De Reusel wordt nauwelijks gebruikt als decor voor de beelden. Pas na twee kilometer, net voordat de route het bos indraait, zien we een doek over het beekje hangen, wat een prachtig beeld vormt in het diffuse water-licht.

Bos leent zich blijkbaar beter voor het tonen van beelden, zoals de hier afgebeelde blauwe kamer of speelt de veiligheid (zie mijn blog van vorig jaar over het kunstvandalisme op de landart in Valkenswaard) een rol bij het tentoonstellen?
Ook al zouden de beelden je niet zo boeien, de mooi uitgezette route door de natuur biedt veel genoegen en voldoening.
Op het einde wachtte ons koffie met een heerlijke punt taart.
Diessen heeft wat te bieden!
Chapeau voor de organisatie!
Diessen heeft nog meer te bieden!
Enige honderden meters verder ligt de kippenboerderij van Jozef en Annie Vingerhoets met alle denkbare kippenrassen van tentoonstellingskwaliteit. We zochten sierlijke, kleine, donkergekleurde (Riny) kippen, die goed leggen (Cor). Ons werd de dubbelgezoomde Barnevelder kriel geadviseerd. Geringd, we kunnen ze tentoonstellen!
Te weinig heb ik me gerealiseerd dat veel-klein nog niet veel is: drie van hun eieren en je hebt nog geen hand vol.
Ik zoek nu nog kleine eierdopjes.

Naar namen hoef ik niet meer te zoeken.
Thomas heeft ze de volgende dag gedoopt: Nora (Jones), Oprah (Winfrey) en Aritha (Franklin).
Hun prachtige kleur is daarmee geborgd.
Nu pas zie ik dat daarmee ook hun fysieke gestel en kittig karakter is aangegeven: tesamen N.O.A.!

woensdag 21 september 2011

L'histoire d´anniversaire





De bovenste foto stamt uit 1980.
We vieren Thomas' vijfde verjaardag.
De tweede foto.
De kinderen van de eerste foto 31 jaar later op het verjaardagsfeestje van het oudste kind van onze oudste.
Luca viert zijn vijfde verjaardag.
Het motto is piraten.
Derde foto.
De door moeder Femke kunstig gemaakte piratentaart met de vijf kaarsjes wordt door papa Thomas binnengezeild.
Het is zondag 18 september.
Luca wordt 21 september vijf jaar, hij viert het vandaag.
Oma Riny wordt op 18-09-'11 66 jaar.
Op de laatste foto zie je de start van Luca's verjaardag.
De kleinkinderen geven oma hun tekeningen.

Als ik de foto's op dit blog publiceer is het 21 september.
Heden op de dag af dus vijf jaar opa.
De oma van Thomas en David zou vandaag 95 jaar zijn geworden.
Ze werd slechts 62.

We moeten bezuinigen, zwaar weer op komst, we worden met zijn allen steeds ouder, de AOW wordt bij ongewijzigd beleid onbetaalbaar.
L'anniversaire zeggen de Fransen tegen verjaardag.
Verjaren, steeds meer, steeds vaker.
Herhalen.
Ouder worden draagt schuld.

Rutte n.a.v. de miljoenennota: "We moeten de ijslaag dikker maken."

Bezuinigen om te verjaren op de schaatsen van onze voorgangers.

woensdag 14 september 2011

VaZo-weekend





Madrid, dat zou de bestemming worden van ons derde Vader/Zonen-, het Vazo-weekend. Na Ierland (2006: vissen en golfen) en Toscane (2007: scooteren) zou het motto voor Madrid K3 zijn: Kunst, Koningen en Kathedralen.

Je leeft met bepaalde verwachtingen naar zo'n mini-reis toe. Verwachtingen over de stad, het verblijf in het NH Hotel Parque Avenidas - voortreffelijk geregeld door hotelmanager neef Sander - en vooral de omgang met elkaar. Het is teveel voor deze blog om 'de opbrengst' genuanceerd in beeld te brengen. Laat ik hier volstaan met een enkel woord: indrukwekkend. De indrukken krijgen een plaats in een separaat woord/beeld verslag, zoals over onze vorige reizen.

Vaak dacht ik afgelopen dagen, achter hen aan lopend, hoe ik zo'n drie decennia geleden vóór hen liep in de vele steden slenterend van kerk naar museum en zij dreinend chagrijnig volgden na een scherpe onderhandeling over de volgende bestemming - zand, water, disco -; hoe de rollen keerden, gekeerd zijn en ik met een gevoel van lichte verbazing en tevredenheid zie hoe ze enthousiast het Prado en het Thyssen-Borsemisza museum evalueren, kritisch de pracht en praal van Palacio Real en de nabij gelegen Catedral de Nuestra Señora de Almudena beoordelen en genieten van een diner in Botin, het oudste restaurant van de wereld uit 1725.
Vermoeid van de vele pasjes achter hun grote stappen verlang ik naar het hotelzwembad met een pittige sudoku. Ze stellen het Retiro park voor en later om de koninklijke botanische tuin te bezichtigen. Is dat hun zand, water, disco ruil? Ze sleuren me mee, ik als massafoob, naar de wedstrijd Real tegen Gedafe in het Barnebeu stadion en de dag erna naar de aankomst van de Vuelta en verdorie, ik had het niet willen missen!

Waar zij vroeger genoten van kinderkorting, krijg ik nu als 65 plusser de kortingen; bij het eten van Tapas houd ik ze nog bij, bij drinken sla ik echter af en toe een rondje over.
We praten door over kwesties, die met kinderen erbij sneller vervliegen.

Ik voel me rijk en gelukkig het leven zo te kunnen 'ronden'.
En terug op Eindhoven Airport prijs ik me gelukkig met drie vrouwen, die ons het VaZo-weekend van harte gunnen.

woensdag 7 september 2011

Karregat

Soms worden mijn herinneringen opgeroepen door een onverwachts bericht. Ditmaal het bericht in het E.D. van 2 sept.: "Renovatie Karregat kost 13,5 mln euro".

Het Karregat.
Het Karregat is een gebouw in het stadsdeel Tongelre dat in 1973 met veel tamtam werd geopend. Het was neergezet als een groot open 'multi-functioneel' gebouw onder een markant piramidepuntig dak. Ik kan me de enthousiaste teksten van architectenbureau van Klingeren nog herinneren. Het zou gaan om een welhaast uniek gebouw, dat vooral openheid moest uitstralen, zoals de open markthallen in de Machreblanden als Marokko en Tunesië. Functies als bibliotheek, winkels, sportzaal en scholen stonden in directe verbinding met elkaar.
De Gemeente zou er een openbare school huisvesten. Het bijzonder, katholiek onderwijs kon niet achterblijven, de St Josephvereniging, het huisige SKPO, zou er ook een school inrichten.
Een vernieuwende school, zeker.

Ik was al enige jaren bij die vereniging werkzaam en had meermalen te kennen gegeven, dat ik ín was voor vernieuwend onderwijs. Ik studeerde voor MO-B pedagogiek, specialisatie onderwijskunde en werd door mijn studie geconfronteerd met het vaak schrijnende verschil tussen theorie en praktijk. Vooral aansluiting op de verschillen in kind- en leerkrachtkenmerken boeiden me zeer. Mijn scriptie waaraan ik werkte had als thema werkplezier door inspraak van de professional. Op mijn toenmalige school, de wethouder van Eupenschool o.l.v. dhr Hupperetz, waren mijn idealen beperkt toepasbaar. Succesvol was, zo herinner ik me een vorm van teamteaching in de bovenbouw. Maar het was nog erg frontaal en klassikaal.

Achteraf denk ik dat het meer de last die ik het schoolhoofd bezorgde de reden tot overplaatsing is geweest, dan mijn onderwijskundige inzichten.
Ter voorbereiding van het nieuwe schooljaar 1973/74 merkte ik al snel dat van een vernieuwd onderwijskundig concept geen sprake was, laat staan dat de consekwenties van een open gebouw doordacht waren.

Een lang verhaal kort maken.
De openheid was een ramp.
Niets en niemand was op de consekwenties voorbereid.
Het lawaai was onhoudbaar: bouwvakkers, ouders, toeleveranciers, bezoekers, het liep allemaal binnen, of beter gezegd rond. Leerkrachten haakten ontmoedigd en ziek af, politiek onstond er rumoer, ouderinspraak leidde tot scheiding van geesten, modernen tegenover conservatieven, openbaar versus katholiek.
De onrust drong de wijk binnen, scheidingen waren aan de orde van de dag, gezinnen trokken weg. Wekelijks waren er ouder- en inspraakavonden met veel vragen en emotie.
Kinderen leken er het minste last van de te hebben, ze pasten zich aan, konden zich redelijk concentreren, zo leek het. Ze hadden veel plezier, herinner ik me, ze straalden dagelijks een vorm van nieuwsgierigheid en plezier uit, hadden geen last van de commotie.
De St.Josephvereniging nam na een half jaar het besluit om zich deels van het wijkexperiment af te wenden door het plaatsen van diverse wanden.
'Terug naar het oude, vertrouwde', leek het adagium.

Ik raakte verward, sliep slecht, kon het niet meer aan en heb me teneinde voor enkele maanden ziek gemeld.
De St. Josephvereniging steunde me volledig, het kwam haar goed uit, zelfs Cor houdt het daar niet vol.

Die ziekteperiode heb ik goed gebruikt.
Ik studeerde hard en af, solliciteerde bij de N XX als docent onderwijskunde op het HBO Stratum en werd per nieuwe schooljaar benoemd.

En nu lees ik in het E.D. naar aanleidng van de renovatie de zwarte geschiedenis van 35 jaar geleden. Een voor het onderwijs, de stad, de wijkbewoners en mijzelf een pijnlijke geschiedenis.
Zoals gebruikelijk roept het artikel reacties op in de vorm van ingezonden brieven. Vandaag schrijft Ellen Swinkels, geboren Murre een brief, waarin ze aangeeft dat zíj een mooie tijd in dat gebouw heeft genoten: van verstoppertje spelen tot popconcerten.
Ellen Murre...is dat niet dat kleine goedlachse meisje uit mijn derde klas?
Ik zoek naar de klassefoto, ik zoek naar andere documentatie, die ik die jaren verzameld heb.

Niet te vinden...
Ik baal...
Ook dat materiaal is blijkbaar vorig jaar weggegooid bij mijn opruimwoede na pensionering.

Ik weet niet of ik daar morgen nog spijt van heb.

woensdag 31 augustus 2011

Stram struinen op de stripbeurs




Op het einde van de zomer loopt mijn agenda vol met jaarlijks weerkerende evenementen.
Het laatste weekend van augustus betekent steevast achtereenvolgens:

1. Op bezoek bij een jarige Zoë, die dit jaar maar liefs vier jaar werd en zich (met haar ouders) opmaakt voor de grote stap naar de basisschool.
Je bent inmiddels gepokt en gemazeld in kinderfeestjes: bij binnenkomst direkt het kado overhandigen en vervolgens een stoel bemachtigen en kijken naar het in drukte en spanning ronddobberende grut waaromheen ouders met zakdoeken in de weer zijn om opkomende snotbellen en tranen weg te vegen. Ouders van de jarige job die zich het schompes hebben gewerkt aan het bereiden van taart en hapjes lopen als oververhitte kelners rond.
Ik herinner me hoe ik als jonge vader na zo'n kinderfeestje was uitgewoond en probeer derhalve David en Karlijn te benaderen met een vreemde mix van felicitatie en troost.

2. Het jaarlijkse uitje met de Riny's tuinclub - 'Klavertje Vier' geheten - waarvoor ook 'de mannen' worden uitgenodigd.
Op het programma stond een bezoek aan de buxustuin 'Rozannie's Hof' (wat een tuttige namen verzinnen tuinliefhebbers toch) in Mariaheide, na de lunch gevolgd door een lezing van een pastor over de kerk in Son. (Wat dat laatste met een tuinclub van doen had ontging me. Maar we konden de lezing ontlopen door verwijzing naar het onder 1 vernoemde verjaardagsfeest en hoefde derhalve de kritische vraag niet te stellen.)
Rozannie vertelde in haar hofje dat ze ooit naailerares was geweest, hetgeen zichtbaar was in het knipwerk in haar tuin.

3. Het Brabants Stripspektakel alhier ter dorpe.
Hierover schreef ik eerder op mijn blog van 27 augustus 2007. Hoe ik op zo'n beurs als oudere strammig rondstruin tussen kwieke, vooral mannelijke bezoekers van Belgische afkomst. Ik gedraag me zoals eenieder: hebberig. Het verschil met jongeren is de omvang van nostalgisch verlangen naar waarvan ik vroeger zo genoten heb maar wat onderweg in materieel opzicht verloren is geraakt. De prijzen voor de eerste hardcover drukken van Kuifje en Kwik en Flupke zijn zo ongewild opgedreven tot onbetaalbaar exorbitante hoogten. De keerzijde hiervan is dat ik me een enkele keer rijk voel als ik vaststel dat een handelaar voor een eerste druk van Hergé's De guitenstreken van Kwik en Flupke 3-de reeks 250 euro vraagt, eenzelfde album, evenwel intensiever belezen, dat ik van mijn ouders kreeg op mijn 6 de verjaardag 5 juni 1952.

Bestaat zo'n laatste weekend van augustus enkel uit herhaling van het jaar ervoor?
'Neen geenszins, mijn waarde kapitein Haddock!'
Zo prikkelde het jl. bezoek aan de stripbeurs me om mijn verzameling Tardi te completeren. Tardi, geboren 30 augustus 1946, slechts enkele maanden jonger dan ik, wordt samen met Moebius als grootste vernieuwer van het beeldverhaal beschouwd. Zijn 'Loopgravenoorlog' wordt in een enquête onder stripfanaten als beste album ooit genoemd. Zijn verhalen spelen zich vaak af rond de eerste W.O. Het scenario ontleent hij vaak van schrijvers zoals Céline, Malet, Vautrin, Forest en Daeninckx. In tegenstelling tot vele andere striptekenaars (en films) voegt zijn verstripping een nieuwe dimensie toe aan het verhaal. Met zijn boeken mag de stripkunst zich terecht een negende muze noemen.

Toch ben ik op zo'n beurs als oudere jongere bevangen met enige schroom.
Bij mijn vraag naar alle uitgaven van de gelegenheidsuitgaven van Suske en Wiske en De Vliegende Klomp met het oude Kerkje van Valkenswaard op de omslag, vermeldde ik onnodig dat ik die voor mijn zoon zocht.

Thomas had ze waarschijnlijk voor Luca gevraagd.

woensdag 24 augustus 2011

Inspiratiebronnen




Over wat me beweegt, schrijf ik.
Wat zijn de bronnen van mijn bewogenheid?

Dat zijn bij voorbeeld de gebeurtenissen van de afgelopen week. Als de camera bij de hand is maak ik foto's.
Afgelopen week: we golfden in Spaarnwoude met zus en zwager, speelden op camping De Paal met Luca en Noa.
Wat valt daarover te schrijven en/of lering uit te trekken?
O zeker, beide attracties, beide evenementen waren de moeite waard (so what?), beveel ik van harte aan.
Golfers en ouders/grootouders: Spaarnwoude en De Paal!!
Over de De Paal kan voorts worden gemeld dat het de camping van diverse jaren op een rij was, dat het vooral kindvriendelijk is, dat de Bibelebontse Berg - waar de twee onderste foto's genomen zijn - een prachtig zandterrein van 500 meter in het vierkant beslaat met allerhande speel-en klimtoestellen.

Wat ik via media binnenhaal vormt ook vaak een bron voor mijn bloggen.
Deze week, de eindfase van het bewind van Kadaffi en wateroverlast door noodweer...
Wat moet je daar van maken?
O ja, mijn schoondochter Karlijn filmde de wateroverlast in Eindhoven en plaatste dat op You Tube. Het filmpje werd op één dag zo'n 20.000 keer bekeken en haalde het NOS journaal.
Karlijn wordt nu op twitter door velen gevolgd en ze heeft er op Face Book veel vrienden bij. (Hier valt wel iets van te maken... bv. wat voor betekenis zou die laatste zin oproepen bij haar plotseling uit het graf herrezen grootouders...?)

Onze tuin , die, de naam van de blog geeft dat al aan, is soms bron van mijn geschrijf. Vooral uit verbazing over abberaties wil ik gaarne putten, een grote aardbei of een te klein ei, en van een schoonheid, bij voorkeur vastgelegd op de gevoelige plaat (wat voor betekenis roept die uitdrukking bij de huidige generatie op?), wil ik graag kond van doen.
Wat moet de lezer met die evocaties?
De tuin als metafoor van de wereld?

Een schilder is uit geheel ander hout gesneden.
Hij schildert en dat is het.
Alstublieft.
Zegt het je niets, even goede vrienden.
De onthulling van zijn bron is het schilderij.
Dat spreekt vanzelf.

Ziedaar, mijn gedachten zijn een belangrijke bron, die op hun beurt bronnen kennen, die op hun beurt...
Baboeschkabronnen.
Bloggen in een spiegelzaal.
(Over het waarom is nog geen woord gezegd.)

maandag 15 augustus 2011

loyaliteit


Soms zijn er dagen die ik beleef vanachter een enkelvoudig ingestelde zoeker. Voorvallen op zo'n dag zie ik vanuit één perspectief. Zo was er de dag dat ik in elke communicatie naast de inhoud, de boodschap, zocht naar wat die communicatie zei over de betrekking tussen de gespreksvoerders. Ook heb ik ooit een 'inclusie/exclusie' dag gehad en een dag dat ik gespitst was op signalen van ofwel overeenkomst ofwel verschil; een dag waarop ik vooral luisterde naar de ritmiek in een gesproken zin, een dag waarop ik turfde hoeveel keer 'leuk' werd gebezigd of 'dat is nu eenmaal zijn/haar/hun keuze'.

Zo'n focus bedenk ik niet, die wordt me opgedrongen.
Afgelopen zaterdag was het dagthema loyaliteit.
Het is ongetwijfeld ontstaan bij het lezen van een artikel in de Volkskrant.
In een analyse van de rellen in de Britse steden stond onder andere het bericht van Chelsea Ives, een 18-jarige atlete en ambassadrice voor de volgend jaar in Londen te houden Olympische Spelen. Haar ouders ontdekten haar op televisiebeelden onder de relschoppers en gaven haar aan bij de politie.
Ouders die hun kinderen aangeven zijn zeldzamer dan die hun kinderen door dik en dun verdedigen. Hoe oud die kinderen inmiddels ook zijn.
In zijn succesroman 'Het Diner' beschrijft Herman Koch hoever ouders in hun loyaliteit kunnen gaan. Om niet te vervallen in al te grote diepzinnigheid laat hij één van de ouders op het einde onder een auto komen.
Kwestie opgelost.

Hoever zou ik in mijn loyaliteiten gaan?
De vraag doet zich voor bij botsende loyaliteiten.
Je kind versus de staat (overtreding/misdaad), je broer versus een ander familielid, de een of de ander (bij een ruzie of scheiding).
Soms wordt de loyalilteit of betrokkenheid zo groot dat er geen verschil meer is tussen degene die loyaal is en degene die de loyaliteit betreft. Afstand tussen het subject en object is tot nul gereduceerd. Er is dan sprake van een kloon, een samensmelting.

De foto hierboven toont vier tomaten, die zo dicht bij elkaar hingen dat ze samensmolten tot een 'mond'tomaat, rond rood met een gat erin, een Rolling Stones icoon met groene tong.
Op zaterdag geplukt.
Er viel zaterdag verder nog veel meer te beleven op het loyaliteitenfront.

's Avonds voor het slapengaan gepiekerd over waar ik precies sta tussen de uitersten, de ouders van Chelsea Ives en mijn tomaat.

woensdag 10 augustus 2011

Wandelen op zondag




Of we zondag met hen zouden gaan wandelen, had Thomas gevraagd.

Wandelen op zondag...
Ik herinner me uit mijn vroege jeugd de veel te warme zondagen, de te grote afstanden...
Mijn moeder achter haar vaste attribuut, de kinderwagen, aan elke zijde een kind. Mijn vader in het 'goeie' pak gestoken. Meestal was er een tante bij, een van de vele zussen van mijn moeder.
Ik blader in het fotoboek van mijn moeder. 'Strijthagen April 1949' staat er in witte ecolineinkt geschreven onder de acht kleine gekartelde fotootjes. Ik ben (bijna) drie jaar, evenoud als mijn kleinkind Noa nu.
We wandelden altijd rondom ons huis: over de Zuidlimburgse dreven van Schaesbergen, Terwinselen, Strijthagen, het gebied van de mijnen, de streek van mijn moeders familie.
In mijn eerste fotoalbum vind ik een zondagmiddagwandelingfoto onder de begeleidende tekst, hetzelfde handschrift, wederom in witte ecoline, 'aug. 1953'.
We woonden inmiddels in Roermond wegens promotie van mijn vader als leraar pedagogiek op de R.K.Kweekschool aldaar.
Mijn moeder hield zeven kinderfotoboeken bij.
Op de foto Toos, Piet, ik en Matje. Broer Piet op de step. De rest van de familie stond ongetwijfeld achter de fotograaf, mijn vader of zijn oudste zoon Bert.
We wandelden of naar het westen naar de Maas, of naar het zuiden via Kapel in 't Zand richting Melick en St. Odiliënberg.
Als verrassing was er soms een stop in de speeltuin van Kitskensberg.

Wandelen op zondag.
Landerig, saai.
(Onze kinderen hadden op zondag hun uitjes, meestal met Riny, want pa moest hockeyen. Vertier werd gevonden bij de Kaasboerin of dierentuin 'De Vleut'. De tweede auto als vervoersmiddel.)

We zeiden natuurlijk 'ja' tegen de uitnodiging.
Luca en Noa aan de telefoon.
"Leuk opa en er is een verrassing!"
Wandelen met hun grootouders met verrassing!

Over die wandeling met verrassing en met het bijzondere verloop is zondagavond al geblogd op www.tschemermoeras.nl met als kop 'Donkey bizznizz'.
Wij zijn de gehele zondag in Oisterwijk gebleven, hebben de kinderen in bed gestopt. Als ik haar kamer verlaat, verzucht Noa dat het een leuke dag was.
De kattapult van ezel Jopie - het was Jopie, niet Ioor! - heeft ze blijkbaar vergeten. Mijn onoplettendheid heeft ze me vergeven.

Hoe spannend kan wandelen op zondag zijn!


woensdag 3 augustus 2011

Poëzie

Deze, inmiddels 240-e Gaspeltuinblog, geeft, zoals immer, uiting aan wat me zoal de laatste week beroert. En zoals altijd is het thema een selectie uit meerdere mogelijke onderwerpen.

Voor week 31 van het jaar 2011 kies ik voor poëzie.
Aanleiding is een gedicht dat ik twee dagen geleden van een vriend ontving, het gedicht 'Teken' van Gerrit Krol uit 1967 om me te attenderen dat de dichter op 1 augustus 2011 de leeftijd van 77 jaar had bereikt, 'een heiliger leeftijd valt na 100 jaar niet te bereiken' luidde vriends' begeleidende tekst.

Sinds jaar en dag ligt naast op mijn nachtkastje één of meerdere dichtbundels. Ze dienen als een mentaal slaaptablet. Nu ligt daar 'Het violette uur' van Pieter Boskma, opengeslagen bij 'Wie gelijk heeft' uit het deel 'Nader tot nu'.

Gisterenavond in slaap gevallen na lezing van:

Ik geef toe dat ik een redelijk onmogelijk mens ben.
Kwaad om niks en alles als een ochtendlijke dronkaard,
dan weer uitgelaten om een gril of trivialiteit, smijt ik
heel wat dagen stuk van wie mij liefheeft of haat.

Ik ben, zo weet ik nog weggedreven op associaties van flarden uit andere gedichten, zoals 'Voor wie mij liefheeft' van Neeltje Maria Min - was die bundel niet rond 1967 verschenen? - en uit 'Nader tot U' het gedicht 'Herkenning' dat ik in die dagen van weleer placht te declameren op feestjes en partijen.
Mijn eerste voordrachten waren al in mijn basisschooltijd met 'Boerke Naas' en 'Sebastiaan de spin'.
Ik oefen die teksten van weleer, strand na enkele strofen.
Later in de middelbare schooltijd schreef ik gevoelige teksten op het behang boven mijn bureautje in het ouderlijk huis: Constantijntje, aardig kleintje, maar ook Marsmans' Geef me een mes en Nijhofs Moeder. Die hoorde bij mijn repertoire om indruk te maken op de meisjes, hetgeen nimmer tot een verovering leidde. Muziek van de Kinks, Stones en Beatles onderbrak veelvuldig mijn gedeclameer.
Op de Kweekschool stond ik nog tweemaal op het podium. Op verzoek van de door mij bewonderde mijn leraar nederlands droeg ik in een uiterst langzaam tempo 'Scheppinkje' van Leo Vromans voor, terwijl ik veel liever iets van Hans Lodeizen had voorgedragen zoals

Zei ze...

deze oude vieze wereld
die kun je gerust weggooien:
de romantiek van
uilskuikens

Een tweede keer beklom ik het podium.
Het was toch nog 1967 geworden.
Ik droeg veel zwart, de zaal luisterde steeds slechter en door het geroezemoes klonk mijn tekst 'Verdediging van de vijftigers'. Ik begreep er weinig van, maar vond een tekst als

wanneer gij blake rimbaud of baudelaire leest;
hoort, door onze verzen jaagt hun heilige geest:
de blote kont der kunst te kussen onder uw sonnetten en balladen

ertoe doen, uitdagend om te zeggen.
Ze konden me wat, die oude garde!!
Toen een jaar later de revolutie tegen die oude garde daadwerkelijk uitbrak had ik als leraar op de LOM school de verantwoordelijk genomen voor een vijftiental geknakte en beschadigde kinderen, had bovendien verkering aan een meisje, dus had de toekomst mij getemd.
Ik studeerde pedagogiek in plaats van nederlands, mijn liefde voor de poëzie sluimerde voort in sporadische aankopen van bundels Lucebert, bij voorkeur 1-e drukken. Nu sieren ze mijn boekenkast; declameren deed ik niet meer sindsdien.

Vorige week tijdens dagen van existentiële vragen, weer eens een bundel troost gekocht. Het was de flaptekst, die me verleidde:

"Het zoeken naar balans tussen melancholie en extase, het eigentijdse en het eeuwige, de liefde en de dood, levert een louterende reis door het hectische moderne leven op. En waar anders kan deze reis eindigen dan in de door Boksma zo vaak bezongen Hollandse duingebieden, waar de dichter enigszins kan berusten in de onvermijdelijke tragedies van het bestaan, maar ook een nieuw elan vindt om 'de strijd die allen strijden maar niemand wint' met opgeheven hoofd voort te zetten."

'Het violette uur' begeleidt me naar mijn slaap.
Op weg naar 77.

PS.
Aan Breivik, Wilders en c.s.: deze tekst mag enkel leiden tot de aanschaf en het lezen van poëzie!

woensdag 27 juli 2011

Gestoord




Toelichting bij de foto's van boven naar beneden.

Foto 1.
Ter voorbereiding van ons bezoek aan Bert en Winnie in het Friese Donkerbroek in mijn diadozen gedoken om herinneringen aan ons gezamenlijk verleden te zoeken. Gedigitaliseerde dia's lenen zich voor bewerking. Bovendien kun je ze delen met anderen zonder die beelden kwijt te raken.
Ik ben een prettig gestoorde verzamelaar, houd me krampachtig vast aan de dingen uit het verleden; ik orden, rubriceer en catalogiseer de achter me liggende paden, zodat ik verder kan reizen. Mijn zwerven is vastgelegd in routekaarten met relicten.

1974: Met hun kinderen Duco en Martijntje naar de broer van Winnie, die in het verre Gallicië woont, gereisd. Riny was in prille verwachting van Thomas, iets wat we nog niet wisten toen deze dia werd genomen.

Met Amy Winehouse en Breivik in mijn hoofd afgelopen zondag afgereisd naar Groningen, waar we twee nachten zullen verblijven, vooraleer we het voertuig richting Friesland/Donkerbroek sturen.
Niet normaal, gestoord, gekte als bedreiging voor jezelf of voor de ander, oorzaak van losgeraakte draden in het brein, verkeerde programmering en triggers als misvormd verleden, drugs, verknipte gedachten...De hele tocht naar het Noorden, 250 kilometer lang, blijft het regenen en sombert het in mijn verstoord brein.
Ik herinner me de poster 'Ooit een normaal mens ontmoet?', gedrukt op een spiegelend oppervlak, waarin je vaag jezelf ontwaarde. Jezelf als normaliteit, waar ieder ander van afwijkt.
Inmiddels is het spiegelbeeld van normaliteit vervaagt in een abstractie waarin geen enkele verzameling meer past.
Laten we het simpel houden en stellen dat iedereen gestoord is. De kwestie is hoe we met die gestoordheid prettig omgaan.

Ook in Groningen regent het.
In het Groninger Museum is het druk.
Velen zijn hierheen gevlucht.
In tegenstelling tot het van Abbe heeft dit museum voor elk wat wils.

Ik droom weg bij de steeds wisselende kleurenpracht én de begeleidende muziek bij de gigantische Vuurvogel van van Durmen (foto 2 en 3).
Uit het as zal steeds een nieuws herrijzen.
Ik hoop dat Stoltenberg de kracht van de saamhorigheid oproept in plaats van de haat en agressie van Bush en Wilders.

Ik dwaal door de ruimten met de schilderijen van de Groningse schilders, de Ploegleden als Wiegers, van der Zee en Werkman, beland in de zalen met de grote foto's van de Chinese kunstenaar Chi Peng 'Me Myzelf and I' met onder andere metamorfoses van hem naar half vrouw, half man. Verbeelde androgynie, gesublimeerde subnormaliteit?
Ik maak geen foto's van foto's.
Het zijn als gedachten over gedachten van de werkelijkheid.
Drosteffect tot het oneindige, tot waar de greep verloren raakt.

Foto 4 tenslotte.
Uit de de verzameling 'Material World', beelden gemaakt van verschillend materiaal.
De toeschouwer kan door een ship voor een in de zaal gemonteerd GM zendertje te plaatsen zijn eigen collectie beelden opslaan en versturen naar zijn e-mail adres. Ik wordt geraakt door de ontwerpen van jurken (!) van Iris van Herpen en sla ze op op mijn GM ship. Ik neem foto's, wil ook mijn eigen keuze, standpunt en belichting vormgeven.
Foto 4 is er een uit mijn eigen vertaling, niet het algemene beeld, maar dichter op de huid, dichter op het materiaal.
Zoals ik het zie, zoals ik het wil zien.

Uniek, abnormaal, een beetje gestoord, niemand tot last, mezelf tot lust.