woensdag 25 november 2009

Selectie van Bruinisse-foto's











Het is gelukt om de foto's van flickr over te nemen. (Je moet een foto niet vanuit het album opslaan, maar eerst ophalen en vandaaruit opslaan)

Van boven naar beneden:
1. Zoë en Noa spelen naast en al een beetje met elkaar.
2. Luca wil graag dat Zoë hem een lepel van de overheerlijke pasta door Karlijn gemaakt geeft
3. Poppenkast kijken. Ik hield er rugpijn aan over.
4. Oma met haar drie kleinkind-meiden
5. door het raam van het grote huis gezien; wandelen in de achtertuin.

dinsdag 24 november 2009

Gezinsweekend Bruinisse


Ter inleiding:
Ik maakte voornamelijk videoopnames naast een enkele foto: zoals Luca voor onze studio, jagend op eenden.
Femke daarentegen maakte vele foto's en plaatste die op Flickr. Mijn technische kennis is echter tot op heden nog niet zodanig dat ik foto's uit dat bestand zo kan opslaan dat ze op mijn blog gezet kunnen worden.
Voor haar selectie uit de vele foto's verwijs ik naar www.tschemermoeras.nl/ en naar de blog van Zoë en Phiene, die met hulp het dus wel lukken: www.ziecreemers.blogspot.com/ en www.pclcreemers.blogspot.com/
Het was een geweldig weekend, een weekend om nooit te vergeten.
Zo dat is een bondige samenvatting.
Ik zou graag foto's van de kleinkinderen hier plaatsen, hoe ze met elkaar spelen, poppenkast kijken, sinterklaas verwelkomen op de kade van Bruinisse, met opa en oma wandelen over het mooie park, oma met haar drie kleinkind-meiden op de bank...
Misschien komt dat nog.
Ik zal hier verder moeten proberen om met woorden het weekend op te roepen.
Karlijn had gezocht en gevonden: twee huisjes op Aquadelta, een bungalowpark in Bruinisse. Een groot huis voor achten en voor Riny en mij een studio in de nabijheid.
Het was prachtig weer, we konden de aankomst van Sinterklaas meemaken en , niet onbelangrijk, gebruik maken van een kindvriendelijk zwembad en een speelpaleis.
Wat maakt zo'n weekend nu bijzonder?
De intensieve alledaagse omgang met elkaar levert nieuwe ervaringen op: van samen ontbijten tot slapengaan. Er ontstaat op natuurlijke wijze een orde en organisatie. Je vangt kinderen op, je voert gesprekken, je speelt en danst, je ervaart bijzonder gedrag bij jezelf en anderen (zo had ik in het schoentje van Luca een autootje gelegd, een Fiat 500, waar mamma Femke zo dol op is. Nog in de verpakking zittend voelde Luca dat het zo'n meisjes-auto was en hij begon ontroostbaar te huilen. Wist Sinterklaas dan echt niet dat zo'n auto voor hem not done was? Wat had ik gefaald!)
Dit is dus een meergeneratie gezin zoals die eeuwen geleden samenwoonde, toen niet met de luxe van vrije tijd en aandacht voor elkaar, maar wel met het oog en de zorg, het beste medicijn tegen doorgeslagen individualisme. Iedereen, van klein tot groot, leert met verschillen om te gaan, verschillen die een aparte dynamiek aan het leven geven.
Al op de tweede dag werd gezegd dat we dit gaan herhalen.
In herhaling schuilt gevaar. Je gaat vergelijken met die andere keer, de herhaling wordt gewoonte, een ritueel, dat wellicht gaat knellen.
Maar wij grootouders wensen zulke rituelen voor eeuwig.

dinsdag 17 november 2009

Verhuizen

We hebben in ons 38 jarig huwelijk drie stekken bewoond: Planetenlaan 15 in Eindhoven (flat) van '71 tot '73, Velddreef 5 in Waalre van '73 tot september '86 en van '86 tot heden Gaspeldoornlaan 44.

We zijn tamelijk honkvast, bepaald geen nomadische Hilton-hoppers. Een enkele keer komt het thema 'verhuizen' aan bot, zoals bij herijking van woonwensen. 'Stad of dorp' is een vraagstelling die een enkele keer de kop op steekt, zoals onlangs tijdens ons verblijf in Berlijn. De vraag alleen al "Zou jij in een stad willen/kunnen wonen?" bezorgt me jeuk op mijn rug. Ik kom nauwelijks aan een overweging toe. "Nee, ik wil niet weg", reageer ik dan gestoken, wil van geen voordeel van stadsbewoning weten zoals dicht bij winkels en theater, minder sociale controle enzo.

Mijn korzelige reactie luidt steevast "Horizontaal verlaat ik Gapeldoornlaan 44" waarmee ik mogelijk verhuizen als afgesloten beschouw. Ook als ze plagerig persisteert met "En als we de tuin niet meer bij kunnen houden of een van ons beiden slecht ter been? Wat moeten we trouwens met vijf kamers boven? Het huis is wel erg groot voor twee personen..." weiger ik mee te gaan in speculaties . Met een 'we zien tegen die tijd wel' rond ik af.
Soms kijk ik stiekem in de Huizenkrant, en concludeer, wil met geen ander onderkomen ruilen.


Totdat ik de advertentie zag...

Mijn eerste werkplek bij het HBO, Schoolgebouw Sint Martha aan de Jan Smitzlaan is verbouwd tot wooncomplex!

Wat een toeval!

Zou dat niet bijzonder zijn?
Waar ooit mijn werkkamer was - van '86 tot '88 bewoonde ik als studierichtingsleider van de HBO J een riant kantoor rechts onder ( zie foto boven) - straks onze woonkamer, zo hield ik Riny voor. En we wonen daar dicht bij het Stadstheater, van Abbe en het Philipsmuziekcentrum. Alsof ik altijd al een cultuurslurper was geweest; wat had ik me jaren gedepriveerd gevoeld in dat boerse Valkenswaard!

Zo togen we naar de Open Dag, nu niet van de opleiding maar van 'het riante woongenot in het comfortabel appartementencomplex in de karakteristieke villawijk.'
De buitenkant ontroerde me zeer.
Binnen een schok van blijde herkenning, die al snel omsloeg tot een complete desillusie.
Waar Harrie Crijns ooit doceerde, zou ik moeten badderen; mijn kantoor zou door de naaste buur worden bewoond en de vele markante ramen keken uit op de stadswoningen, waar ooit de gymzaal en de aula lagen. Een balkonnetje, waarop honderd ogen konden neerkijken en waarlangs de bewonersauto's ronkend de parkeergarage indoken.
Monumentenzorg, zo werd ons desgevraagd gezegd, verbood een adekwate ingeep op diefstalonveilige kozijnen. De vier meter hoge ruimtes vraten energie. Hoorde ik niet ginds een stadsbus remmen?
Hevig moest ik vervolgens hoesten toen ik me bewust werd van een noodzakelijke reductie van mijn boekenbelt tot zo'n kleine 10 procent.
Woordenloos keken we elkaar aan.
De makelaar zag onze tanende belangstelling, toonde zich optimist en gaf ons verdere documentatie in de vorm van een gelikte brochure.
Terugrijdend naar Valkenswaard was het stil in de auto.
Ik zweeg beschaamd. Van mijn enthousiasme was niets meer over. We hadden tuinwerk even laten rusten voor dit Open Huis: een verloren middag...
Berouwvol keek ik opzij naar Riny die kort samenvatte:
"Geen romantische nostalgie meer en voorlopig geen andere bewoning..."


De volgende dag diende ik bij Bouwzaken Valkenswaard een tekening in voor een overdekt terras.
Aan de Gaspeldoornlaan 44!

maandag 9 november 2009

Berliner Bilder 5. Zij die ons voorgingen







Een greep uit de vele bewoners van de Dorotheenbegraafplaats aan de Chausseestrasse.
Daarnaast ligt het Franse kerkhof met veel overleden Hugenoten.
(Brecht woonde overigens aan deze Chaussestrasse, nr 125 Brecht-Wiegel Gedenkstätte, evenals Wolf Biermann. Die laatste woonde tot 1976 op nr 131. Zijn Lp uit 1969 heet 'Chaussestrasse' 131 en is aldaar opgenomen.)




Berliner Bilder 4. Een openbaar museum













Absoluut onvolledig! Een greep uit de oude en de nieuwe doos.
1. Rote Rathaus aan de Alexanderplatz
2. Berliner Dom, bijna gesloopt onder SED regiem. Hoe protestanten ook van pracht en praal houden(?)
3. De moeite van het wachten waard: de te belopen koepel van het Reichstag, sorry Bundestag. Architect van het herstel: Norman Foster.
4. Op het voomalige niemandsland van de Potsdamer platz (Muur) werd het futuristisch Sony gebouw geplaatst
5. Tja. Ik kan het niet laten. In de raamspiegeling van de DZ Bank hét icoon van Berlijn: De Brandenburger Turm

Berliner Bilder 3. Om nooit te vergeten.







foto 1 Restant muur aan de Niederkircherstrasse. Op de achtergrond de Martin Gropius Bau.
foto 2 Hier onder puin en gras aan de Zimmerstrasse lag het Gestapo gebouw. Even noordelijker op de hoek van In der Ministergärten/Gertud-Kolmar-strasse de bunker van Hitler.
' Zand erover en dichtgooien.' (Remarque blz 154 e.v.) Hoe Berlijn worstelt met haar verleden.
foto 3 Holocaust Denkmal, 2711 betonnen zuilen, ontworpen door de Amerikaaanse architect Peter Eisenman.

Berliner Bilder 2. Interpretatie van een schuldige stad

De eerste avond.
We zijn, op weg naar Berlijn, gewapend met begrippenpaar communisme-kapitalisme.
In het eerste het beste café volg ik met een half oor een debat dat 'Zegeningen van de Val' zou kunnen heten, ware het niet dat het kritisch gemopper over en weer al snel de overhand krijgt. Zij over de kosten van huisvesting en ziekenzorg, die onbetaalbaar zijn geworden, Hij over de belastinggelden die met de Westenwind vervliegen.
Ik heb nog amper iets van deze stad gezien.
We lopen door ex-oost Berlijn en bekijken de vitrine van een kleine boekhandel hoe hier de werken van Marx en Lenin schaamteloos liggen naast recenter werk als 'Der Terror des Individualismus'.
Aan de Oraniërstrasse galmt rauwe muziek vanuit een binnenplaats. Het blijkt het kunstenaarscollectief Tageles te zijn, een vrijplaats voor experimenteerlust van anarchistische kunstenaars.
Het begrippenpaar onderdrukking-vrijheid zet zich vast.
Even verder Dussmann binnengelopen, een giga boek- en muziekwinkel aan de Friedrichstrasse. Hier liggen talloze, (voornamelijk foto-)boeken over de val van de muur. Hoe het was en hoe het geworden is.
Berlijn ís geen stad, zij is nog voortdurend in wording.
Berlijn heeft niet één gezicht, maar tientallen.
Een gezicht spreekt deze dagen: Vrijheid. Vrij om te spreken, vrij om te zien.
We zullen er de verdere week niet aan ontkomen: eindelijk heeft Berlijn iets te vieren, iets, waarvoor het zich eindelijk niet schamen hoeft: Twintig jaar Val van de Muur.
Het tweede begrippenpaar domineert.


foto 1 Potsdamer Platz, overwinning van het kapitalisme

foto 2 Tageles

foto 3 Berlijn wordt

foto 4 De val van de muur herdacht door het (laten) omvallen van 1000 2,5 meter hoge dominostenen, beschilderd door kunstenaars/kinderen uit de gehele wereld.

Berliner Bilder 1. Wir sind da gewesen!

Een museumstad als Berlijn besluip je met fotocamera op zoek naar te schieten plaatjes, die getuigen van je aanwezigheid of als interpretatie van de locatie.

Bij voorkeur interpreteer ik de locatie, enerzijds intuïtief maar ook gevoed door de informatie, die ik als voorbereiding heb doorgenomen. (Zeker lezen: 'Boze geesten van Berlijn' van Philippe Remarque! En voorts de onlangs verschenen Dominicus TXT 'Berljn', geschreven door Frans T. Stoks.)

Ik probeer anzichtkaartopnames te vermijden, maar om op elk te nemen foto jezelf of je reisgenoot te zetten als bewijs dat we er waren is het andere uiterste, weliswaar uniek maar altijd zo geposeerd en misplaatst dat ze alleen als camp het aanzien waard zijn.

"Waar moet ik je fotograferen?", vroeg Riny en ik wist zo gauw niet een goede plek te noemen. Overal stonden ze voor, die Japanners en andere wereldburgers. Voor elk driesterrenmonument was het dringen geblazen.

Toen ik een oerlelijk groen geverfd Trabantje zag, te huren per twintig minuten, stond ik klaar, een beetje lullig, dat zeker.






Nu moest zij over de brug komen en ze koos voor een van de vele plastic Knuts.



Zo hebben we ons vereeuwigd, November 2009: Cor en Riny in Berlijn.



En dan loop je op de laatste dag voor de zoveelste maal over de Weidendammer Brücke aan de Friedrichstrasse die de oevers van de Spree verbindt en herinner je de platenhoes van Wolf Biermann's L.P. uit 1976 met het lied 'Ballade vom pruissische Ikarus'. Hij poseerde daar voor de adelaar, zo herinner ik me. (Helaas heb ik die L.P.niet, wel de twee jaar later verschenen plaat 'Trotz Alledem', ook met het Ikaruslied. Op die hoes Biermann met zwarte snor zoals ik die in die tijd ook droeg, langs de mondhoeken omlaag tot de kaaklijn. Nee, er viel weinig te lachen toen)



"dann steht da der preussische Ikarus
mit grauen Flügeln aus Eisenguss
dem tun seine Arme so weh
er fliegt nicht hoch - er stürtzt nicht ab
macht keinen Wind - und macht nicht schlapp
am Geländer über der Spree "

Het symbool van hoogmoed en verlangen was in de DDR völlig leer.

"Hier", zei ik, "Zoals Biermann toen."



Ik moet nog nazoeken of het een beetje lijkt.
Een dag later....
De foto, die ik in gedachte had gevonden. Wolfje staat pal voor de adelaar. Dus, nog maar eens terug naar die locatie en dan goed gaan staan)

maandag 2 november 2009

Allerzielen


Vandaag naar het kerkhof gescooterd, waar mijn ouders en schoonouders naast elkaar begraven liggen. Ik veeg wat gevallen bladeren van de grafstenen en lees:
links (mijn ouders): 'Agnes: geb.21/9/16 - overleden 25/11/79'; zij werd 63 jaar 2 maanden en 4 dagen. 'André: 3/10/16 - 5/1/81'; 64,3,2 oud dus.
De ouders van Riny liggen in het rechter graf: Frans: 16/3/15 - 14/2/85; hij werd 69,11,28.
Moeder Riek werd de oudste van dit kwartet: geboren 23/4/13, gestorven 26/3/85; zij haalde 71,11,27.
(In het laatste graf is ook Riny's broer Peter bijgelegd die op 4 februari 1962 omkwam bij een noodlottig verkeersongeval. Hij werd slechts 19,9,7)

Binnen zes jaar tijd waren we vier (groot-)ouders kwijt.

Ik kijk vooral naar de data van mijn vader en fluister: "Als ik volgend jaar weer hier sta pa, ben ik ouder dan jij ooit werd."
Ik zeg dat niet in trots, eerder in boosheid, nog steeds.
(Even later haal ik in de bibliotheek het Nederlands-leest-boek 'Oeroeg' op. De auteur is geboren op 2/2/18 en is still alive; vandaag 90,9,0 dus.
Zij wel.)

Nee, november is niet mijn maand.

"Alles wordt enkeling. Een eigen graf
wacht op het kerkhof zijn bewoner af."
uit 'November'van Gerrit Achterberg,
het gedicht dat vervolgens eindigt met:
"Huizen verwijderen zich van elkaar.
Wij kijken in de gaten van het jaar."
(...doordat de bladeren vallen...)

Even verderop in onze boekenkast staat 'Allerzielen' Van Cees Nooteboom: Arthur Daane's queeste, hij doolt rond, vooral in Berlijn.
Morgen vertrekken wij daarheen.
Een cadeau van mijn broers en zus bij mijn afscheid van het werkzame leven.
Naar de stad van schuld en boete, de loodzware stad, de stad die zich probeert te zuiveren van het verleden.

Het weerbericht: de hele week verder regen.

November, do you remember?

zondag 1 november 2009

vogelverschrikkersfestival














Valkenswaard heeft iets met vogels.
Al eeuwen.
Ze heeft haar naam zelfs gegeven aan een van hen, waarmee heel wat eer behaald is.
Inmiddels zijn de valkenjacht zoals ook de sigarenindustrie verruild voor horeca en bloemencorso.
Aan het volksvermaak is onlangs het vogelverschrikkersfestival toegevoegd.
Wat een aantal jaren geleden begon als kleinschalige uitwerking van een volks idee is uitgegroeid tot een ludiek en creatief herfstfeest: het vormgeven van verjagen van al wat vleugelt.
Een bezigheid, zinloos als het leven zelf, maar het manifesteert.
Waar grote broer Eindhoven het creëren serieus en mondiaal aanpakt met de Industrial Design Week, knipogen haar zuidelijke buren met hun festival aan de Statie.
Zet de voedselbank bij je buren en je hebt even geen last van de gevederde vrienden. En och, als vijand worden die heus niet gezien, geven hooguit aanleiding om met welk materiaal dan ook te suggereren dat je in hoogst eigen persoon gods akkers kunt bewaken.
Vogels trekken zich al eeuwen niets van 'smensens schrikken aan, tonen begrip voor hun jaarlijks weerkerende ijver, die van natuurbeheer tot cultuur transformeert.
Alle vijftig dit jaar geëxposeerden zijn fotogeniek. Hierboven een selectie en geef toe, waarvan de laatste, Luca en ik in een waar interactief vogelverschrikkershuis, het minst afschrikkend is.
Ook de kraai , die kort daarna overvloog getuigde hiervan.
Zijn krassen was allerminst angstaanjagend, eerder vrolijk.
Kom daar maar eens heden ten dage mee om: een vrolijke zwarte kraai.
Dankzij ons vogelverschrikkersfestival!