dinsdag 29 juni 2010

De Ander en ik

Stel, stel dat de ander gaat scheiden, emigreert of euthanasie wil plegen.
Ik noem maar.
Allemaal zaken die verband houden met de relatie tussen jou en de ander.
Hoe te reageren?

Met verbazing neem ik waar, dat gerefereerd wordt naar vrijheid van handelen.
"Dat is hun/onze zaak..."
"Dat moeten ze/we zelf weten..."
"Dat is uiteindelijk zijn/mijn beslissing..."

Ik word er gallisch van.
Ik weet, die stellingen zijn meestal reacties op mijn (uitgebreide) bevinding.
Ik vind er namelijk van alles van.
Het gaat om de ander en mij, om onze relatie.
Die laat me niet koud.

In de framing van vrijheid - jaja, ik las het boekje van Kuitenbouwer over de taal van Wilders - raak ik verstrikt.
Natuurlijk vrijheid van handelen, natuurlijk ligt de bal onder andermans voeten. Hoewel...zijn trappen houden verband met onze relatie.
En daar wil ik het met jou over hebben.

De dooddoener 'dat het hun keuze is' enzo heeft de schijn van tolerantie die grenst aan onverschilligheid, waarin we inmiddels gepokt en gemazeld zijn.

In de relatie tot de ander besta ik.
Zonder de ander ben ik niets.
De Leuvense filosoof IJseling op de vraag naar de zin van het leven (en ouder worden): "...een zinvol leven een leven is dat zich in dienst stelt van de ander."(FM10-2010)
Door de ander kan ik me verantwoorden, antwoord geven op zijn vragen.
Als die ander maar doet, weigert mij te bevragen, als die ander mijn mond snoert door aan te geven dat het 'de ander' zijn zaak is, word ik op mezelf terug geworpen.

En daar word ik niet alleen gallisch, maar ook allenig treurig van.

dinsdag 22 juni 2010

boekenberg van een jarige



Zoals op de foto is te zien is mijn leesstoel ingegraven tussen boeken. (wellicht ten overvloede: als op een afbeelding wordt geklikt wordt die vergroot. Zo is het mogelijk om te speuren welke boeken ik de komende tijd zal moeten lezen om plaats te maken) Op de voorgrond de stapel die ik bij gelegenheid van mijn verjaardag kreeg.
Het is geen geheim voor wie mij kent, ik raak steeds verrukt als ik een boek krijg. Dat begint bij de overhandiging. De gever heeft lef, begeeft zich op glad ijs. 'Heb je het al?'is de daarbij steeds wederkerende vraag.
Ik schep er genoegen in om door het verpakkingspapier de titel te raden.
Alleen bij het tweede pakketje was het echt raak. Had ik daags ervoren van Ton en Marianne 'Jongensjaren' van Marin Bril gekregen, noemde ik bij exact hetzelfde pakketje - zelfde pakpapier van een Nuenense boekhandel - dat Inge me gaf, de auteur en titel. Ook Inge had het gegeven met de woorden dat ze het echt een boek voor mij vond, want aansluitend bij mijn blogteksten.

Mijn verjaardag is nu meer dan twee weken geleden. 'Jongensjaren' heb ik gelezen nog voordat mijn verjaardag voorbij was.
Bril associeert vooral op de plaatsen, die hij bezoekt in de laatste maanden voor zijn dood. De kaft is prachtig.
Ik heb in mijn foto-album gezocht naar een afbeelding voor míjn jongensjaren. De keuze is gevallen op de kopbalfoto, genomen op de cour van de kweekschool in Roermond. Ons huurhuis lag tegen de school en stond ermee in een direkte verbinding.
Op de foto staat mijn oudste broer in het doel. Hij moet een weekendje vrij hebben gekregen van het klein seminarie in Rolduc. Terwijl ik doeltreffend (?) kop, neigt mijn broer Piet iets terug voor een vrije doorgang. De twee jongere broertjes bewegen hellend achter me mee.
Mijn jongensjaren zou ik beschrijven aan de hand van in mijn herinnering gegrifte gebeurtenissen, alle met een begin, middenstuk en einde. Ze liggen in mijn hoofd al klaar, verpakt in kant en klare verhalen. We hebben ze zo vaak aan elkaar verteld, bijgeschaafd en gepolijst.
En ja het waren mooie jongensjaren.

Inge neemt Bril terug en geeft me enige dagen later onder enig cynisme Sedaris :'Van je familie moet je het hebben'. Het blijkt een compensatie te zijn voor haar verdriet van de plotselinge aankondiging van mijn jongste broer dat hij en zijn vrouw binnenkort emigreren naar Canada. Ook daar valt veel over te schrijven. De vorm zou een Great Dutch Novel zijn, een geschiedenis van getal en verlangen.

Riny geeft me behalve weer een nuttig kado, een moterkooimaaier, 'Kleine dagen' van Bernard Dewulf, - de Librisprijswinnaar met prachtige, poëtische columns over zijn direkte kleine wereld en weet als enige 'dat je dit boek niet hebt'.
Even poëtisch is de Beurskens'laatste dichtbundel die ik van Ger per post ontving. Elk jaar een dichtbundel met suggesties erbij voor tientallen titels van boeken, die ik zeker lezen moet, aldus het orakel uit Maastricht.
In mijn verjaardagsstapel liggen ook enige dikke pillen: Philip Kerr: 'Als de doden niet herrijzen' als algehele vijfsterrenwinnaar in de VN Thrillergids 2010 uitgeroepen. Gekregen van Maarten en Leonie met opdracht: 'Probeer het voor onze vakantie uit te hebben...'
Anke en Clemens hebben het zekere voor het onzekere genomen en de boekhandelaar gevraagd naar het laatst binnengekomen boek: 'Kalme choas' van Sandro Veronese. Een schot in de roos, verzeker ik hen.
Van mijn oud collega Nick kreeg ik van B.B. 'Een huis vol'. (Zeker met deze pil erbij!)
Als kwekeling van de oude stempel ben ik dol op gedocumenteerd encyclopedisch werk. Dat Nick zoiets in het engels leest, verneem ik terwijl ik het papier lospeuter.

En dan kreeg ik ook nog een boekenbon. Van mijn bouwmaten. "Gij leest toch?"
Ik heb er meteen Jan Kuitenbouwer 'De woorden van Wilders & hoe ze werken' van aangeschaft. Want over politiek & vooral over hoe ze het op de tv. doen, daar hebben we in de schaft heel wat over afgekletst.

Hoe oud moet ik worden om alles te lezen?

zaterdag 19 juni 2010

Blog Block?





Het is zaterdagochtend.

Na jaren middenweeks een tekst op mijn blog te hebben geplaatst, heb ik dat afgelopen week node moeten laten.
Wat was hiervan de reden of oorzaak?
Een writers block - blog block in dit geval -; geen voorvallen, geen ingevingen, ziekte wellicht??
Nee, het was... tijdgebrek!
Een pensionado, die kampt met gebrek aan tijd om de dingen te doen, die hij graag doet. Nou vraag ik je...
Hoofdveroorzaker is d'n bouw. Toen Theo enige weken geleden aan me vroeg om stage te lopen in de Kromstraat, waar een boerderijtje gerenoveerd wordt, zei ik onmiddellijk toe. Ik zou veel leren om zo mijn droom om ooit eigenhandig een dijkhuisje in Zeeuws Vlaanderen op te knappen kon realiseren.
O ja, ik leer er veel en zoals dat met stages gebeurt moet er veel hand en spandiensten verrichten. Oeperen, de onderste trede van de bouw; reageren op geschreeuwde commando's: "Steen", "Specie", "Koffie".
Honderden stenen in een steenklem via een ladder de steiger opzeulen roept onvermijdelijk de vraag op waarom ik dit doe. Mezelf van een afdoend antwoord te voorzien is nog lastiger dan om bij anderen het ongeloof wegpraten.
Afgelopen maandag kreeg ik de vraag om zelfstandig (dus geen stageaktiviteit!) pad en terras te leggen van bazaltblokken, de zgn. belgische kinderkoppen, een van ingewikkelste vorm van stratenmakerij. Mijn geldingsdrang oogst bewondering maar ook een tennisarm.
En als ik rond vijven na negen uur beulen thuis kom, wacht de tuin. Niet enkel de aardbei en de peul, maar ook de siertuin vraagt om een grondige beurt, immers op 17 juni brengen ons honderd vrouw bezoek in het kader van de Open Tuindag, waarvoor Riny zich in een ondoordachte bui heeft opgegeven.
Onze drang om goed voor de dag tekomen gaat zover dat we boven de pioenrozen een plu hangen opdat water en zon verhinderen dat ze 17 juni niet halen.
Op het avondterras staan de stoelen al weken onbezet.

De afgelopen weken weer met het wekkeralarm opgestaan en verder in een strak schema de dag volbracht. 's Avonds ontspannen in bad liggend komt als vanzelf die lastige vraag bovendrijven. "Why?"

17 juni ligt achter ons.
Op d'n bouw heb ik niet over mijn elleboog gerept maar gezegd dat we twee weken naar zee willen.
Ik heb weer tijd voor mijn blog.
Zoveel valt nog te schrijven.
Nee het was geen Blog Block, maar ordinair tijdgebrek misschien wel de verkeerde prioriteit.

woensdag 9 juni 2010

64 jaar en...



...gelukkig.
Ondanks een enkeling,
maar dankzij velen.
Geliefden om me heen.
Wat wil een mens op mijn leeftijd nog meer?

woensdag 2 juni 2010

Tafels schuiven


Je kent ze wel. Zeker vroeger tijdens de ICT hype. Bedrijven die , zoals we dat noemden, dozen schoven. Dozen met computers. Niks after sales. Verkocht was verkocht. Wie is de volgende koper?

We zochten voor onze overdekt terras een tafel en bezochten daartoe Esco vloeren, die ook tafels (door-)verkopen. Robuuste eikenhouten tafels, gemaakt in Tjechië kunnen bij deze vloerenboer worden besteld.

Omdat de reguliere tafelverkopers bezig zijn, schiet Daphne van de administratie op ons af.
Ze heeft duidelijk een verkorte cursus tafelverkopen gevolgd.
Of we al een keuze hebben gemaakt?
Tja, ja van de boeren-, kasteel-, klooster- en herbergtafel bevalt ons de kasteeltafel het meest, hoewel de verschillen miniem zijn, vallen we op het woord. 'My home is my castle', zeg ik slimmetjes tegen Daphne, die promp reageert met dat zij ook zo'n tafel heeft.
'Ja maar wij willen de grootste maat, die van drie meter.'
'Heb ik ook', kraait ze. 'Heel gezellig hoor!'

En Daphne weet uit eigen ervaring hoe zorgvuldig Esco die plaatst. Met drie man komen ze hem thuis stellen.
Dat wekt vertrouwen.
'Doe er maar eentje', zeg ik in de hoop dat ze me leuk vindt. Maar ze is al aan het schrijven en omcirkelt 'verkocht', waar ook, zie ik, de optie 'optie' mogelijk is.

'Proficiat met de aankoop! Week 19 wordt hij bij U deskundig geplaatst en gesteld' en weg is Daphne want haar telefoon roept.

Week 22.
Tja die Tjechen houden zich nooit aan de afspraak had Esco ons telefonisch laten weten.
Maar nu kwamen ze hem dan afleveren. Uw man moet wel thuis zijn om een handje te helpen.
Dus Riny belt me op de bouw, waar ik net bezig ben de door de Arbo maximaal toegestane hoeveelheden bouwmateriaal van 25 kilo per stuk te sjouwen.

In de Escobus zit behalve onze kasteeltafel een jongetje van het magazijn. Het is de bedoeling dat wij beiden de vracht naar achteren kruien.
'Het gewicht valt mee',zegt hij uitnodigend.

Bij de eerste poging om het tafelblad uit de bus te tillen zie ik zijn hoofd steeds roder worden. Waarschijnlijk even rood als het mijne.
We weten het gedrocht even buiten de klepdeuren op de grond te parkeren.
'En wie komt hem stellen?'
Dat weet de lieverd niet. Hij was op weg naar huis voor een vrije middag en ze hebben...
'Bel ze maar op en vraag ze te sjouwen en te stellen',brom ik assertief. Ja een dagje op de bouw en je komt beter voor je rechten op dan veertig jaar onderwijs.

De magazijnjongen heeft zo een uurtje met het gekanteld kasteeltafelblad op onze oprit gestaan voordat de opgetrommelde hulptroepen arriveerden.
Bij het afscheid was hij de enige, die iets tegen ons zei.
'Sorry, maar tot vorige week was ik bakker...!'

Zoals al mijn teksten is bijna niets verzonnen.
Zoals ook:
De tafel staat stevig.
Schuiven doet hij niet.
Wie zal a.s. zaterdag aanschuiven om de vierenzestigste verjaardag van de kasteelheer te vieren?