donderdag 27 juni 2019

Putter

Mijn kleindochter Noa droomde van een grasparkiet, die ze kon leren praten en vooral luisteren, want ze heeft heel wat te vertellen.
In de buurt woont een fokker, waar ze een jong blauw mannetje kocht.
Ze noemt hem Harrie Dipsaus.


Waar ik van droomde, had ze gevraagd.
Ze bedoelde iets materieels.
Daar moest ik stevig over nadenken.
Verlies je bij het ouder worden steeds meer dromen?
En zou dat komen omdat de meeste gerealiseerd zijn of omdat je weet dat dromen bedrog zijn?

Een putter had ik na lang aarzelen gezegd.


'Hmm' was haar reactie en ik wist dat ze dat door zou kleppen aan haar oma.
Ze vindt het geweldig als ze iets van me weet, wat Riny nog niet weet.

En zo kwam het dat ik van mijn vrouw ter gelegenheid van weer een jaar te hebben geleefd een putter kreeg, precies de putter die ik verlangde.

Noa wilde afgelopen weekend natuurlijk mijn putter zien.
Ik toonde haar mijn oude en nieuwe putter met bijbehorend hoesje.




Geleerde les: Met een vogel kun je niet holen

P.S. Bovenstaande is een voorbeeld wat in onze familie geldt als een Karachi Kingetje. 
Karachi King was in de jaren zeventig een gerenommeerde hockeystick. 
Al mijn broers speelden hockey behoudens de oudste, die altijd met zijn neus in de boeken zat. 
Miet Sinterklaas had hij mij getrokken. Op mijn verlanglijstje prijkte bovenaan een Karachi King, die overigens boven het budget reikte. 
Mijn broer altijd last minute met zijn surprise ging laat die middag van 5 december naar de plaatselijke sigarettenboer en was zeer verbaasd om daar te horen dat ze geen Karachi King in hun voorraad hadden. Maar misschien was een ander merk ook goed?
Zo kreeg ik een King size pakje Hunter met daarbij een gedicht over roken en er zo nodig bij willen horen. 

zondag 23 juni 2019

Kussen?

Alweer zo/n gewetenskwestie waar ik vroeger niet door werd geplaagd.
Wanneer te kussen?

Een vrouw te kussen in het openbaar, een vrouw die je voor het eerst ziet.
Die vraag speelde op  tijdens mijn vijftien passen, die ik moest overbruggen om mijn prijs op te halen.
Woensdag jongstleden had ik de neary bij de Varoso-golfwedstrijd in Son, De neary is de bal die het dichtst bij de aangewezen hole ligt.

Toen ik oog in oog met haar stond en zij mij het doosje ballen overhandigde - altijd maar die zelfde prijs bij het golfen - wist ik het nog steeds niet.
De paar prijswinnaars die mij voor waren gegaan waren vrouwen geweest en die hadden het gedaan.
Pleitte dat me vrij?
En hoe dan?
Ook drie keer maar dan een beetje in het luchtledige?

Het was stil, behoorlijk stil.
Niemand die "zoenen, zoenen" riep, zoals in vroegere tijden.

Had mijn schroom met Me Too van doe?


Voor ik er erg in had, floepte de vraag uit mijn mond.
"Gaan we kussen?"
"Natuurlijk gaan we kussen", zei ze hoogst vriendelijk.
Ik had mijn toestemming.
Iedereen had het gehoord.
Over de uitvoering weet ik mij niets meer te herinneren.

Aanstaande woensdag weer een wedstrijd.
Nu op mijn eigen baan in Valkenswaard.
De organisatie ligt daar in handen van twee mannen.
Dus dat is geen probleem.
Of toch??

woensdag 12 juni 2019

Attenties bij een 73-e verjaardag

Nooit eerder werd mijn verjaardag gevierd met zo weinigen fysiek aanwezig.
Dat hoort bij het groeien van het aantal jaren.

We doen elk jaar  steevast dezelfde extra boodschappen voor die dag: cola en cola light, taart en chips.
Bier, bijzonder bieren en wijn zijn altijd in voldoende mate voorradig in huis.
Jonge en oude klare-drinkers bevinden zich noch bij familie noch bij vrienden.

Restant taart kan naar de kippen, chips en cola laten zich langer bewaren.

Wel vele appjes en mails met als strekking  'Proficiat en verder een mooie dag'.
Een enkele kaart, persoonlijk uitgezocht en dito tekst.

Gevolg van minder bezoek aan huis is minder attenties. Cadeautjes dus.
Belgisch bier met daarbij een toelichting: We wisten niets anders te bedenken tot Dit valt altijd goed bij jou.
Dat laatste klopt.
Of het goed voor mij is, is een tweede.
Een familielid overhandigt me een Prosecco van Martini, wat ik voor het eerst zal moeten leren drinken. Welke boodschap zit hierachter? Zal ik het ook doorgeven bij de eerstvolgende verjaardag met de kans dat het weer ooit in zijn handen valt?

David geeft me golfballen en ties. 'Ik weet wel dat je alles hebt en niets wilt, maar ik hoop dat je dit nog lang nodig zal hebben.'
De jongste kleinzoon geeft me een tekening met daarop een hartverwarmende tekst.



De acht-jarige vertrouwt Riny even later toe dat hij nog twijfelt tussen het leraarschap en onderzoeker.

En dan ontvang ik een vette boekenbon. Ik beschouw het ook als waardering voor de attenties die ik/wij voor Thomas en zijn gezin hebben.

Die boekenbon bracht me naar de Oisterwijkse boekhandel. Ik wist bij god niet wat ik wilde kopen. Als ik iets echt op boekenvlak wil, dan schaf ik me dat aan. 
Het voelde als wat wil je doen met een miljoen.
Ik zou het zo een, twee drie niet weten.
Dus liet ik me verleiden door het aanbod en door wie ik als lezer ben geworden.
Het werden de volgende drie titels.




Die keuze zegt veel over mij.
Misschien vraagt het bovenste boek toelichting.
Ik ben een matige crimi-lezer, maar lees trouw ieder jaar de VN Thriller gids (O, ja ook een  cadeau van iemand die me heel goed kent) en wist van de zeven dit jaar met vijf sterren bekroonde thrillers.
'Prooi'  is niet het uiteindelijk meest bekroonde werk. 
Dat is 'Ster van het Noorden' van D.B.John. Een broer van mij zal dat zoals voorgaande jaren wel aanschaffen en zal ik het kunnen lezen na zijn vakantie. 

Alle Meyers zijn steengoed. 
Bennie Griessel is mijn favoriete rechercheur.
Van Meyer wil ik alles lezen. 
En belangrijker.
Van Meyer wil ik alles hebben.

En daar is weer mijn dilemma.
Hoe oud moet ik worden om me van materie i.h.b. mijn boeken te ontdoen?

Oh, en bij de aanschaf van al dat moois kreeg ik 

erbij kado.
Wat een feest!
   

vrijdag 7 juni 2019

Aad de Haas

Dagen zoek ik al naar de foto, die het bewijs van deze blogtekst zou kunnen leveren. Maar ik kan hem niet vinden. Echter, zoals dat gaat en kan in de digitale wereld, zo gauw hij boven water is, zal ik hem alsnog hier plaatsen.
Voorlopig moet het bewijs zich in woorden hullen.

Over de aanleiding kan ik kort zijn.
Een krantenbericht in het E.D.
Gemakkelijk te scannen.


Een aankondiging van een tentoonstelling van Aad de Haas in de Kunstmakelaardij Metzenmaekers in Oirschot.
Die ga ik zeker bezoeken want we hebben zelf ook een Aad de Haas.
Zie hier.
Ecce Homo,


Aad de Haas vluchtte in de oorlog naar het Zuiden en streek neer in Schaesberg, een plaatsje in de buurt van Heerlen, waar mijn ouders direct na mijn geboorte in Stramproy naar verhuisden.
De ouders van mijn moeder woonden in Terwinselen, een dorpje grenzend aan Schaesberg.

Ik ga hier verder niet in op de geringe acceptatie van met name de katholieke kerk, die zijn kunst ten deel viel, nee, het gaat mij er hier om hoe ik onze Aad de Haas verwierf.

In 1999 werd onze jaarlijks reünie gehouden in Oirschot in een hotel nabij Metzenmaekers, een toevalligheid die er volstrekt niet toe doet. 
Op de zaterdagmiddag bezochten we het nieuwe onderkomen van de Pabo op het TU/E terrein.
De rondleiding gebeurde in twee groepen. De eerste o.l.v. Johan Gallee, de conciërge, de tweede groep nam ik voor mijn rekening.
Toen ik met mijn groep op mijn kamer kwam stond bovenstaande Aad de Haas tegen de muur.
Mijn broer Maarten had die verworven uit de erfenis en vond, zo luidde de bijgevoegde tekst, dat deze  prent weer op de directeurskamer moest hangen.
Dat ik in de voetsporen van mijn vader was getreden was duidelijk.
Nu zou ik bovendien de komende vijf jaren tegen hetzelfde beeld kijken als hij.

Nooit had ik me afgevraagd waarom mijn vader juist een Aad de Haas had gekozen om tegenaan te kijken.
Dat werd me enigszins duidelijk twee jaar na dato tijdens (alweer) een familiereünie.

We bezochten bijzondere plekken in Zuid Limburg waaronder het graf van onze grootouders op het kerkhof van Het Eikske in Schaesberg.
En wat schetste mijn verbazing. Naast mijn opa en oma bevond zich het graf van Aad de Haas en zijn echtgenote, een uitbundig met mozaïek versierde laatste rustplaats.
Ik maakte een foto, een van de laatste met een analoog toestel.
Daar heb ik dus gisteravond vergeefs naar gezocht.
Behalve de vraag waar de foto zich bevindt zijn er meerdere vragen.


Kenden mijn opa en oma de familie De Haas bij leven?
Heeft mijn vader de prent op instigatie van zijn schoonouders aangeschaft ?
Was de prent tevens een hommage aan zijn tijd in Zuid Limburg en aan zijn schoonouders?

De kans dat ik de vermiste foto vind acht ik groter dan dat ik antwoorden krijg op bovengestelde vragen.