woensdag 27 juni 2012

Selectie en expressie


Vandaag ontving ik bijgevoegde print van Thomas, Femke en de Kids.
Deze post stemde me vrolijk.
Het is een print van mijn eerste blog van 20 juni 2007.
Ze feliciteren me met het 5-jarig bestaan van mijn blog.
Sinds 20 juni 2007 publiceer ik gedisciplineerd met veel genoegen elke week een tekst
Dit is de 288-e publicatie.

Over sociale media, met name over facebook en blogs wordt negatief geschreven en gewaarschuwd voor de gevaren ervan. Deels zijn de waarschuwingen terecht, anderzijds vallen de negatieve uitlatingen terug te leiden naar onze calvinistische inslag.

Het schrijven van blogs, een openbaar dagboek, biedt vele mogelijkheden, ondanks de bezwarenmakers met uitlatinegen als:
Exhibitionistisch...Het leidt tot presentaties, die niet meer terug te draaien zijn...Wie zit erop te wachten...Privacy van anderen wordt geschaad...
Zomaar een greep uit de commentaren van de volgelingen van Calvijn.

Exhibitionistisch...
Tja, zoals zoveel van onze sporen, van onze expressies, presenteren we ons. Tonen we onze emoties en gedachten en wie wil kan er kennis van nemen. Door de bewustheid van de openbaarheid, treedt een nauwkeurige selectie plaats. Hoe wil ik me uitdrukken in de openbare ruimte? Hoe gedraag ik me en hoe wil ik me presenteren?
Dit zijn boeiende vragen, die samenhangen met de vragen wie ik ben en hoe ik gezien wil worden, van identiteit en imago.
Het zou goed zijn als jongeren al op de basisschool zich hierover vragen stellen en antwoorden leren vinden.
Niet meer terug te draaien...
Over wat ik schrijf stel ik me de vraag over de onomkeerbaarheid van de informatie. Natuurlijk ben ik meer dan ik me presenteer in het hier en nu.
Over wat ik neerzet bestaat geen schaamte, omdat ik het zeker op dat moment mooi en eerlijk vind.
Wie zit erop te wachten...
In dagboeken schrijf ik voor mezelf, op een blog schrijf ik met de mogelijkheid van de andere lezer. Dat bepaalt de inhoud en de stijl. Ik zie dat ik wekelijks volgers heb. Van een aantal meen ik te weten wie het zijn, van sommigen niet. Toen ik onlangs solliciteerde naar het lidmaatschap van de WMO raad had de sollicitatiecommissie verschillende teksten gelezen. Over sommige blogs wilden ze meer weten. Dat maakte het gesprek boeiend, vond ik.
Privacy wordt geschaad...
Ik wil me niet verschuilen achter het vaak ruimhartig toegepaste recht op vrije meningsuiting in columns.
Uiteindelijk gaan alle teksten over mezelf, maar er is ook een inhoud. Die inhoud is bijvoorbeeld mijn (klein-)kinderen. Het gaat dan vooral over mijn liefde voor en verwondering over hen. Vaak vraag ik me af in hoeverre ik in mijn ervaringen 'menselijk' ben, zoek ik naar het generieke in mijn individuele esthetische en ethische opvattingen.

Mijn blogs zijn selectieve expressies die bijdragen om mijn kunstwerk, mijn leven, vorm te geven.
Bloggen doe ik in alle nederigheid, beste Calvijn, en in het aanschijn van het almachtige oog.
Maar ik noem het oog niet noodzakelijk goddelijk.

woensdag 20 juni 2012

Utiliste

Wat de sociale media met name facebook ons leerde is om het begrip vriend stevig op te rekken. Vriend betekent er relatie, iemand die je hoe dan ook verbonden is in je netwerk: de vriend van mijn vriends vriend is mijn vriend.

In het begin van de lente, 21 maart j.l., schreef ik over vriendschap. Daar haalde ik Montaigne aan. Hij is een vriend , omdat hij is zoals hij is, schreef hij naar aanleiding van de dood van zijn vriend.
Die omschrijving valt binnen de derde, hoogste vriendschapscategorie van Aristoteles, vriendschap op basis van karakter.
De andere twee zijn respectievelijk vriendschap vanwege plezier en vriendschap vanwege nut.

De relatienetwerken zijn naast facebook, familie, vrienden, collega's en buurtgenoten. Zoals ook de categorieën kunnen samenvallen, zo laten ook de netwerken zich combineren.

Deze week, bij de start van de zomer, netwerkte onze buurt. Riny ging met de buurvrouw van rechts afgelopen maandag naar een kookcursus, dinsdag golfden we met de overburen op de Eftelingbaan en in het weekend leerde ik de linkerbuurvrouw kennen.
Over die laatste relatie wil ik het hebben.

Wij keken al enige maanden tegen een hoge dode conifeer aan, die in haar tuin stond.
Zij leek dat niet te weten of te deren.
Dus stapte ik op haar af en bood aan om de boom eruit te halen en af te voeren.
Ze was zeer ingenomen, het zou haar immers haar tuinman, zo zei ze, 150 euro kosten. Ze zit, zoals dat heet, royaal in de slappe was, daar niet van. Maar een buur, die dat zomaar komt aanbieden, is mooi meegenomen. Een buur met een karretje, constateerde ze, een buurman die met pensioen is.

Toen ik de klus geklaard had, de boom in stukken op mijn aanhanger, kwam ze naar buiten, dankte me en vroeg of ze me in de toekomst nog eens voor een klus kon vragen.

Ik heb er nu een vriend bij van de zuiverste tweede categorie, vanwege mijn nut dus. Uit het buurtnetwerk.
Terug in mijn eigen tuin, dacht ik, liever een verre vriend, bijvoorbeeld op facebook dat een nabije buur, die me vanwege eenzijdig nut, na jaren ziet staan.

woensdag 13 juni 2012

Ingewikkeld, diepgravend en mooi







Net voordat ik aan deze blog wil beginnen belt de lokale grootgrutter dat ik de Grolschkoelkast heb gewonnen.
Een bijkomstigheid van pensioen is dat je alle tijd hebt om deel te nemen aan alle mogelijke akties, prijsvragen en wedstrijdjes.
Met de slagzinnen die ik tot voor kort instuurde heb ik nooit iets gewonnen. Vergeleken met de winnaars vond ik de mijne diepgravend en ingewikkeld, met dubbele bodems zeg maar. Je moest er een leeswijzer bij houden om de bedoeling te doogronden. Het rijm was ondergeschikt aan de inhoud, dus liepen mijn slagzinnen nogal stroef.
Het ging me om de inhoud.

Een gezinslid, dat wel eens jureerde wees me erop en zei dat om te winnen eenvoud, rijm en lulligheid telde.
Dus vulde ik onlangs in dat ik de Grolschkoelkast wenste, omdat - en nu komt het resultaat van mijn creativiteit - 'met zo'n ding bij de hand wint Nederland'.

Bingo, nu staat er in de garage, volledig overbodig, een Grolschkoelkast te wachten op een goede bestemming.
En of Nederland wint, valt te betwijfelen.
Maar als je niet deelneemt, win je nooit.
En zolang er niet gespeeld is, heb je niet verloren.

Even terug naar mijn verjaardag.
Afgelopen zondag hield ik mijn kinderfeestje en voelde me eeuwig jong bij het luide en krachtige 'Lang zal hij leven' van de vijf kleinkinderen en hun ouders.

Kadoos waren persoonlijk.
Familiefoto met lijst, een luxe cahier 'om er een boek in te schrijven'.

Van Riny kreeg ik de Unica's van Lucebert, die ik aandachtig doornam, inclusief voetnoten. leeswijzer en achtergrondliteratuur.
Ingewikkeld, diepgravend en mooi.
Poëzie van Lucebert verzamel ik al jaren.
Unica's zijn de eerste tien, in oorsprong in een oplage van één, dichtbundels van de jonge Lucebert, die hij maakte voor vrienden.
Het zijn de geboortebewijzen van een groot dubbeltalent.
Ingewikkeld, diepgravend en mooi.

Ik had deze blog eraan kunnen wijden.

woensdag 6 juni 2012

66







66 jaar geleden geboren op 5 juni 1946 te Stramproy.
Op mijn geboortekaartje staan mijn broers en zus als Bertie, Pietje en Toosje.
Zelf heet ik daar Cor.

66, tweemaal 33, in de numerologie het heilige getal, mijn numerieke initialen, waarmee ik in het school- en hockeyblaadje mijn stukjes ondertekende.
Vroeger nooit gedacht dat ik het zou bereiken, de laatste maand eraan gewend geraakt door als me naar mijn leeftijd werd gevraagd, 'Bijna 66' te oefenen.

Naar het graf van mijn ouders geweest om de felicitaties in ontvangst te nemen.
Ik dankte hen voor de zoveelste maal.

Overdag felicitaties via de post - gemiddelde leeftijd 65 - via face-book - gemiddelde leeftijd 21 - en mail en telefoon.
"Goed gedaan jongetje..."


Broers kwamen me gisterenavond feliciteren.
De thema's op de verjaardagsgesprekken zijn in de loop der jaren veranderd.
Gisteren waren dat de AOW, de reizen en de pillen, die we slikken.

Ik vang mijn route 66 aan, op naar 67.