donderdag 27 april 2017

Verantwoord schelden

Mijn schelden is na de puberteit gestopt.
Op de basisschool, toen nog lagere school, werd veel gescholden.
Dat deed je als een voorspel van het op de vuist gaan.
Want gescheld culmineert in de regel, waarna fysiek wordt uitgemaakt wie er gelijk had.
Ik vond knokken leuker dan schelden. Schelden was eigenlijk heel vervelend.
We kenden maar een paar woorden: aansteller, Mof en moederskindje. Dat was het wel.
In de zesde klas, inmiddels groep 8, vond het schelden een zachte dood.
Dat kwam vooral door Tonnie.
Die hield niet van vechten en ook niet van schelden.
Toen ik hem probeerde uit te lokken met moederskindje kaatste hij terug met "Wat je zegt ben je zelf."
Nou had ik dat zo vaak gehoord dat die  tegenwerping inmiddels tot de categorie schelden hoorde.
Maar Tonnie zei na een korte pauze "Heus, denk er maar over na..." soms met de toevoeging "Dat is verder niet erg, hoor".
Met Tonnie heb ik voor zover ik me kan herinneren nooit gevochten.

Jaren later hoorde ik over projectie. Tonnie had gelijk gehad.

In de politiek wordt heden ten dage heel wat af gescholden.
Eén woord frequenteert: Fascist.
Erdogan noemde Merkel en Rutte - spreek uit Roete - fascisten.
Tonnie zou er wel raad mee weten.
Maar Merkel en Mark zijn geen Tonnie.
Wij als ontwikkelde homo sapiens pakken  het rationeel beheerst aan.
VN, sinds januari verschijnend als maandblad, legt vooraleerst het begrip fascisme uit en doet dit middels de fascistenwijzer van Robert Paxton, negen kenmerken, die hij activerende hartstochten noemt.
Vervolgens wordt achtereenvolgens  Geert Wilders, Vladimir Poetin, Donald Trump , Marine Le Pen , en jawel Recep Yayyip Erdogan de maat genomen.
Verantwoord wordt uitgelegd dat wat Erdogan zei behoort tot de klassieke projectie.
Dat heet beschaving.


.

donderdag 20 april 2017

Paasritueel

In de aanloop naar Pasen, de feestdag waarop we de kleinkinderen traditiegetrouw paaseieren in onze tuin laten zoeken, hadden we ons afgevraagd of ze daar inmiddels niet te oud voor waren, zeker nu alleen de kinderen van Thomas en Femke zouden komen, die zonder de andere drie erbij gewoonlijk nogal staan op hun groei in zelfstandigheid.

We hadden overwogen om de rollen om te keren en hen de rol van paashaas te geven.
Direct bij het openen van de voordeur kregen we van hen de mededeling dat, jawel, zij de eieren zouden verstoppen.

Ze hadden in kleurige zilverpapieren verpakking chocolade dieren en eieren meegebracht.
In onze keuken lagen hardgekookte gekleurde uitloopeieren te wachten op verdere decoratie, een taak die de paashazen nauwgezet voor hun rekening namen.
Natuurlijk mochten we ze tijdens hun werkzaamheden niet storen.

Het zoeken kon enige tijd later starten.
De spelregels werden aan ons uitgelegd, waarbij ik een spiegel kreeg voorgehouden, hoe ik die rol in de afgelopen jaren vervuld had: uitgebreid en ingewikkeld. Niet zomaar zoeken, maar met de nodige voorwaarden.

Er lagen, zo werd ons voorgehouden twintig eieren genummerd her en der, die we in volgorde mochten oppakken. Dus eerst ei 1 enzovoorts. We protesteerden. Een ei te laten liggen omdat er een verkeerd nummertje op staat zouden we niet kunnen opbrengen.
We kregen daarop te horen dat dit nu eenmaal de regels waren en dat zij zich voorgaande jaren ook aan heel wat moeilijk opdrachten hadden moeten houden.

Er volgden nog meer regels, wedstrijdelementen, verplichte pauzes, wat leidde tot een merkwaardige mix van competitie, gehoorzaamheid en beheersing.
Hadden ze mijn regels in het verleden ook zo ervaren?

Toen eindelijk de gehele buit geacht werd binnen te zijn gehaald - ik vind echter her en der in de tuin nu nog een verloren eitje - kon ik het niet nalaten hen uit te nodigen om twee chocolade hazen te zoeken, verstopt met een moeilijkheidsgraad verre boven hun leeftijd. Met de hen bekende warm/koud hulplijnen zouden ze zich kunnen laten helpen.

In een verre hoek, verstopt in twee oude kruiken werden ze gevonden.
De spelleiders van even ervoor waren weer de vermaakten van voorheen.


Femke wilde als afsluiting een foto van ons tussen de tulpen. 
De knoppen leken in de lucht bungelende paaseieren.



De evaluatie.
Ze vonden het verstoppen leuker dan het zoeken.
Voor de komende jaren weten we onze rol.
Onze dank gaat verder uit naar onze  speciale hulplijn: speurhond Flint.






woensdag 12 april 2017

Masser Brock

Masser Brock is de titel en tevens hoofdpersoon van de laatste roman van Bert Wagendorp. Daarover verderop meer.
Laat ik met een jubel beginnen.
Het is lente, de tuin ligt er prachtig bij.
Een panoramafoto van het zuid-oostelijk deel:


Tulpen kleuren de perken met uitbundig rood, geel en wit.
Nog een jubel.
De aspergebedden leveren vandaag alweer een mooie oogst.


Maar is dat het publiceren waard?
Zit mijn bloglezer op dit soort trivialia te wachten?

Nieuws moet belangrijk zijn, nieuws moet waar zijn.
Nu pretendeer ik niet om journalistiek te bedrijven, mijn blogteksten zijn hooguit columns, die aan ruim gestelde criteria dienen te voldoen zoals leesbaarheid.
De column moet echter ook waar zijn en veronderstelt dat de schrijver vrij is, zich vrij voelt.

En dat brengt me met een bruggetje op Masser Brock. Het thema van deze roman is waarheid en vrijheid in de journalistiek.
Masser Brock is een columnist in Nederlands grootse krant De Nieuwe Tijd. De auteur Bert Wagendorp is columnist van De Volkskrant. Masser is geen Bert, Bert is geen Masser.
De roman is fictie. Toch zijn er verwantschappen met de echte wereld.
Er zijn gelijkenissen. Nederland ligt aan de Noordzee, Welschap ligt nabij Eindhoven.
De beschrijvingen van de verdere gegevens moeten kloppen.

Het is vreemd om op pag. 98 het volgende te lezen. (Vier gesneuvelde soldaten landen in Eindhoven en worden vandaar naar Den Haag vervoerd. De scène roept herinneringen op aan de slachtoffers van de ramp met de MH 17)

'Hoewel het een woensdag was, zagen de straten van Eindhoven waar de stoet langskwam zwart van de mensen.'

Als je op Welschap landt en je gaat naar Den Haag dan kom je niet door Eindhoven. Je neemt direct vanaf Welschap (Veldhoven) de A 2 en laat Eindhoven oostelijk liggen. Het is ongeloofwaardig dat een stoet Eindhoven inrijdt.

Zit mijn bloglezer hierop te wachten?
Ik denk het niet.
Hij wil verrijkt worden.
Wel, dan heb ik iets voor hem of haar.
Een tip.
Lees Masser Brock.
De blik op je wereld verandert.


woensdag 5 april 2017

Een hut bouw je met een vriend

Het was de week van de krentenboom, onze boom achter het huis, die enkele dagen in het voorjaar zijn prachtige overdadige bloesem toont.
Vandaag laat ze alweer als lentesneeuw haar pracht los om als een gewone doorsnee boom de zomer in te gaan. In de herfst zal ze nogmaals enkele dagen aandacht vragen voor haar vuurrode bladeren voordat die zullen bruinen, verdorren en afvallen.


Het was tevens de week waarin op eenzelfde dag - 4 april - Thomas 42 en Femke 40 jaar werden. Dat vierden we in restaurant SEC in Oisterwijk met een diner, waarin tussen de gangen door Luca zijn ouders toesprak met een evaluatie van hun opvoedingsstijl: Thomas een beetje streng,  'maar dat is juist goed' en Femke toegeeflijker 'en dat is ook goed' oordeelde hij met instemming van zijn zusje. Hierna speelde hij in een eerste optreden op zijn gitaar 'Lang zullen ze leven', dat we langzaam, heel langzaam mee konden zingen.
Applaus was zijn deel.




Enkele dagen geleden had ik mijn kleinzoon met zijn vriendje Samuel geobserveerd ijverig werkend aan hun steeds verder uitdijende hut SALU (SAmuel en LUca) op Roestdael. 


Ik was daar om Femke en Thomas mee te helpen om het huisje van buiten te schilderen in een stoer en strak antraciet-zwart.
Het viel me weer eens op dat ik bij mijn kleinzonen gedrag zie dat me terugvoert naar mijn eigen jeugd. Was het bij mijn zonen vooral hun kenmerken die ons bewust maakten dat we het leven doorgaven, bij mijn kleinkinderen valt me vooral een doorgeven van gedragingen en cultuur op. 
'Zo deed ik het ooit ook' en werp me 60 jaren terug in de tijd.

Een hut bouwen doe je met een vriend. Het is een proces waarin je experimenteert en dat vraagt geduld, vertrouwen en gelijkgestemdheid.
Tijdens het eentonige verven dacht ik aan Toni Brouns, Joke Niesten, René van den Hurk en Fransje Bloemen. In duo's hebben we gewerkt aan boomhutten en hutten onder de grond met zeer geheime ingangen. 

Zouden ze ook opa zijn? 
Zouden ze terugdenken aan Corke, de dromer met de immer openstaande mond?
Zouden ze hun kleinzoon zeggen dat ze ooit ook zo'n hut hadden gebouwd samen met een vriend?