woensdag 10 november 2010
Cor/cordis
Hij staart naar buiten alsof hij de tuin voor het eerst ziet.
Wij weten echter dat hij slechts een kleine drie weken hier weg is geweest. Bij zijn thuiskomst wachtten hem vele bloemen en hartelijke kaarten. Op de teksten inzoomend lezen wij 'Beterschap', 'Sterkte' en 'Welkom thuis'.
Hij ziet er wonderwel goed uit voor iemand die nog geen week geleden een open-hart operatie heeft ondergaan.
De twee bypasses waren nodig om hem ook bij hogere inspanning voldoende lucht te geven.
Hij heeft geluk gehad met zijn alerte huisarts; hij heeft geluk gehad dat hij tijdens de operatie niet aan de hart/longmachine aangesloten hoefde worden en dat er voldoende kwaliteit aderen uit zijn borst bruikaar waren; hij heeft geluk met een goede conditie.
We weten desondanks dat de laatste drie weken en vooral de laatste vijf dagen niet luchtig voorbij zijn gegleden.
Op de vraag hoe het met hem ging antwoordde hij naar waarheid 'goed naar omstandigheid'.
Welk referentiekader hadden hij en de vragensteller bij zo'n antwoord?
Nee, bang is hij niet geweest, ook zijn verdere leven zal angst niet zijn leidsman zijn.
Hij oefent al jaren in het berusten in het lot van het leven.
Waar ligt dan die zwaarte van de laatste dagen?
Hij zegt ons op die vraag geen afdoend antwoord te hebben, er nog niet uit te zijn, maar dat hij zijn onbehagen voorlopig verklaart door het uiteenvallen van zijn persoon, waarbij de aandacht voor zijn lijf onevenredig groot was waardoor hij zich qua geest tekort voelt gedaan.
Zijn voorbeelden die hij geeft zijn mager en weinig overtuigend: teveel gereduceerd tot cijfers van materialistische aard: bloeddruk, cholesterol, suiker, hartslag, lichaamstemperatuur. De ervaren pijnbeleving werd in cijfers in zijn conduite dagstaat opgenomen. De afstompende gesprekken op de steeds van patiƫnten wisselende ziekenkamers, de onrust en de privacyverstorende invallen van schoonmakers, zorg- en hulpverleners, de communicatiefouten als gevolg van de vele schijven en specialisaties.
Is hij misschien door de narcose nog ontregeld?
Je hoort dat vaker.
Hij kan, hetgeen belangrijk is om angsten te overwinnen, zich overgeven en heeft zich in vertrouwen in de magische handen van de bekwame hartchirurg gelegd.
Bij het ontwaken uit zijn ingespoten slaap viel er van die overgave weinig terug te zien. Hij vocht met de tijd, die maar niet zijn bondgenoot wilde worden.
In de daarop volgende slapeloze nachten schreef hij sinds jaren weer teksten, die je het beste als obscuur gesloten gedichten kunt omschrijven.
Hij leest die teksten nu hij zijn slaap thuis weer kan nemen aandachtig door en verwondert zich erover dat hij dit was die dit onlangs schreef.
Hij is zichzelf een raadsel.
We horen hem hoe hij het raadsel probeert te bezweren: de tijd, de tijd heelt alle wonden.
Troost zij die zijn opengelegd, de uiteengevallen persoon wordt op den duur bijeen geraapt.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten