Vorig jaar
spraken de mannen tijdens ons jaarlijks buren-etentje af dat ieder
een top tien lijstje zou samenstellen, drie ervan ten gehore zou
brengen en die voor elkaar op CD te branden. A.s. Vrijdag is het
zover.
Van de drie
kunstvormen, literair, beeldend en muzikaal is bij mij de laatste het
zwakst ontwikkeld., zowel actief als passief. En van de passieve vorm
voel ik me iets beter thuis bij de klassieke dan bij de hedendaagse
muziek. De
opdracht heeft voor mij een hoge complexiteit.
In
het jaarlijks top tien lijstje door van Nieuwkerk en Blokhuis
gepresenteerd kan ik me vinden, Alternatieven kan ik niet zo een twee
drie niet leveren. De algemeen aanvaarde top tien kopiëren is niet
bijster origineel en op zo'n CD zitten mijn buren niet te wachten.
Ik
heb twee ideeën om de originaliteit ruimte te bieden.
A.
Op een thema muziek een CD samen stellen, zoals ik dat in 2003 bij
mijn afscheid als directeur van de Pabo deed rondom het thema
School. Ik zou het thema Eten, Buren of Tuin resp eating, neighbours
of garden kunnen nemen.
B.
Fasen in mijn leven en de daarbij muziek, die ik toen mooi vond.
Laat
ik beginnen bij plan B.
- De allereerste muziek, die thuis werd gedraaid, was de muziekkeuze van mijn vader. Hij was een liefhebber van lichtklassiek, operette, Montovani en Alpenjodels. Dat soort werk. Mijn vader had in tegenstelling tot zijn derde zoon, een mooie stem, zong of neuriede met de muziek mee.
De
zondagochtenden begonnen vaak met het draaien van de single 'Dichter
und Bauer', de ouvertüre van Franz von Suppé uit
1846, 100 jaar voor mijn geboorte dus. Ik voelde me dichter en boer
en twaalf jaar oud.
- Wat later, zo rond mijn zestiende, kocht ik van het babysitgeld enkele eigen singles. Rond 1962 vond ik de gospelsongs van Mahalia Jackson (Down by the riverside, Nobody knows the trouble I've seen, You'll never walk alone)
- Mocht ik Mahalia Jackson beneden in de huiskamer draaien, voor de plaatjes van Elvis moest ik bij vriendjes met pick up terecht. Waarom luisterde mijn vader niet naar 'In the Ghetto'?
- Rond mijn twintigste, na de danslessen bij van Vuuren, begon ik in het kader van de maatschappelijke stage in ons dorp een dansavond voor werkende jongeren. Van de kwartjes entreegeld en de barinkomsten werd muziek gekocht. Ruige muziek, zeker. The Kinks scoorden hoog! En op mijn kamer luisterden mijn broertjes vol ongeloof naar 'All day and all of the nights'.
- !971. Vrienden werden ingedeeld in ruige Stones of elitaire Beatles fans. Eigenlijk had ik niet zo'n voorkeur. Mijn beste vrienden waren Beatles en mijn vriendin Riny had de LP van St. Peppers, die we draaiden als haar ouders naar bed waren. Bij 'Lucy in the sky with diamonds' hebben we veel gezoend.
- Vijf jaar later. Ik was vader van Thomas en twijfelde ernstig aan mijn nieuwe rol. In mijn twijfelen vond ik in Leonard Cohen troost. 'Like a bird on a wire'. Zo voelde ik me vaak.
- In 1981 kon ik een heftige balans opmaken van het laatste lustrum. David kwam in 1977 ons gezin versterken, twee jaar later stierf mijn moeder, een jaar erop volgde mijn vader. Ik was ouder en vooral ernstiger geworden. Uit de muzikale erfenis koos ik vaders laatste klassieke muziekcollectie, zware, mooie muziek, die paste bij mijn toenmalig gemoed. De drie B's: Bach, Beethoven en Brahms. Beethoven was me het liefst. Ik kies de zesde symphonie 'Pastorale', ook omdat die via Youtube te beluisteren is in een mooie uitvoering van het Concertgebouworkest o.l.v. Philippe Herreweghe.
- De jaren, die volgden, heb ik vooral klassiek werk beluisterd. Nieuwe muziek, gebaseerd op klassiek werk schafte ik ook aan zoals van Emerson, Lake and Palmer (ELP) 'Pictures at an Exhibition' naar Moussorski..
- En helemaal weg was ik al jaren van de symfonische rock van Pink Floyd. Als oeuvre liefhebber valt kiezen niet mee. Laat ik 'Dirk side of the moon' nemen voor zovele mooie andere nummers.
- Tjee, ik ben bij tien aanbeland. Ik had nog graag een keuze gemaakt uit het Nederlandse lied, waarschijnlijk Boudewijn de Groot, of uit de verstilde klassiek muziek van Pärth, Ennaudi, Gorecki of Mahler. Maar tien is tien. Eind 2013 ben ik in een muziekgroepje gestapt rondom Ben Dollekamp, die lijdend aan Parkinsonisme wist dat hij nog maar enkele maanden te leven had. Ik herinner me het allerlaatste nummer. Wij wisten allemaal die avond, dit is het laatste nummer, dat we in deze samenstelling zouden beluisteren. Het was een sacraal moment, stiller kon het niet worden. Jake Brennan bezong het afscheid dat onafwendbaar is. Ik denk dat het 'Goodnight' heet. Zeker weten doe ik dat niet. Dat heb je met illegale kopieën.
En
nu de keuze van de te draaien nummers uit bovenstaande reeks. Ik ga
voor Beethoven en Pink Floyd, die het best mijn muzikale smaak
vertegenwoordigen. Jake Brennan kies ik voor de lading, maar ook dat
ik met deze keuze iets nieuws inbreng.
Ik
heb nog twee dagen.
Doe
ik er beter aan om plan A uit te werken?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten