woensdag 21 augustus 2013
De contente mens is niet meer
Ome Harrie is dood.
Vrijdag wordt hij gecremeerd.
Hij was 92 jaar oud.
"Hij was op. Het hoefde voor hem niet meer. We hebben er vrede mee."
Woorden van één van zijn zonen.
Je kunt je dus ook neerleggen bij de dood.
Ome Harrie was de aangetrouwde oom van Riny. Met zijn dood heeft de laatste loot van de haar voorgaande generatie de aarde verlaten.
Ome Harrie...
Hij was een begrip in ons gezin. De altijd vrolijke, eenvoudige, behulpzame kleine man. Het prototype van de contente mens. Van het beeld op de Eerselse markt staat sinds jaar en dag een klein replica in onze kamer.
Ome Harrie...
Hij repareerde onze fietsen. Regelmatig stonden we met de Thomas' en Davids crossfietsjes bij hem. Steeds maakte hij ze. Als ik me verontschuldigde voor zovele mankementen dan wuifde hij dat weg.
'Dè heurt derbij.'
Later brachten we ook hun na een uitgangsavond kapotgeragde studentenvehicels.
Dan was hij minder mild.
'Ge mot nie mé unne zatte kop de stoeprand oprije...'
Hij glimlachte schalks.
Zo vulde hij onze op droge rotsgrond geuite zorgen aan.
Toen we in 1988 besloten om onze tuin te ommuren, een omvangrijk project, stond hij dagelijks klaar om mee te upperen. Na weken hulp schoof ik hem geld toe. Hij werd hij voor het eerst echt boos.
'Ik doej dè uit men eige!'
Hij bleef na de dood van zijn vrouw, tante To, in hun flat in Valkenswaard wonen. Kon zich er prima redden. Hij reed tot op hoge leeftijd nog auto en verplaatste zich zo naar zijn kinderen en familie in de buurt.
De laatste tijd ging dat niet meer.
Jaarlijks rond Nieuwjaar gingen we bij hem op bezoek. Praatten dan over vroeger bij een bakske koffie mè un kuukske.
20 februari waren we het laatst bij hem. We hadden het over een eventueel verhuizen. Hij voelde iets voor een bejaardenhuis in Bergeijk. Daar zaten nog enkele vrienden van hem van vroeger. Dan kon hij zelf op bezoek. Nu was het vooral afwachten wie langs zou komen.
Hoe het kwam weet ik niet meer precies. We hadden het over de angst voor de dood. Ik heb daar vaker over gesproken, maar nooit met iemand, waarvan ik vermoedde dat de dood op de loer zat. Hij zag er zo zo breekbaar en broos uit.
Voor het eerst klaagde hij over lichamelijk ongemak. Dat maakte het thema, dat ik zo vaak als een quasi Epicurus had beschouwd intens, maar ook alledaags.
Met de dood had hij vrede mee.
En dat voelde echt zo.
Vrede met de dood moet ik nog leren.
Er zijn leermeesters.
Ome Harrie, de contente mens is één van hen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten