Dit jaar was de keuze gevallen op de musical 'Alice in Wonderland'. Het verhaal van Lewis Carroll met de prachtige illustraties van Teniel uit 1865 heeft zoveel nonsens, woordgrappen, lagen en verwijzingen dat het niet in haar volle rijkdom omgezet kan worden naar een musical. Zeker niet naar een musical die wordt opgevoerd door kinderen, die vooral geschoold zijn in beweging en dans.
We zaten op de een na laatste rij boven de licht en geluidsregie. De spelers werden verkleind tot een formaat waarin ik met moeite mijn kleindochter kon ontwaren. Die belemmering gold voor de meeste opa's en oma's in de stampvolle zaal. De voorste rijen waren het privilege voor de medewerkers en dat waren er zeer velen. De mensen van de liedjes, de trainers van de danspassen, degenen die de mooie kostuums hadden samengesteld enzovoorts.
Ik maakte vanuit het adelaarsnest diverse foto's in de hoop dat Zoë erop zou staan. Thuis zag ik dat er lucky shots bij zaten zoals
deze met Zoë als vierde van rechts.
En het zoekplaatje van de finale met alle enthousiaste deelnemertjes:
Tijdens de uur durende voorstelling mijmerde ik weg naar mijn optredens, van de eerste, de kerstvoorstellingen voor mijn ouders, door mijn oudste broer geregisseerd, waarin hij steevast Joseph mocht spelen en ik me moest beperken tot de rol van schaap, die ik met verve vervulde door van het begin tot het einde vanaf grote hoogte - een stoel op een tafel, waarover een laken lag gedrapeerd - aanhoudend te blaten.
En daarna op het welpenkamp, waar ik met mijn broer Piet optrad met eigen komische verhalen om mijn heimwee en die van anderen te doen vergeten, het jaarlijkse toneelstuk opgevoerd door ons, de misdienaars van het retraitehuis in Roermond, de circusvoorstellingen voor klasgenoten op de vrije woensdagmiddag bij een vriendje in hun tuin, de voordrachten van gedichten als Boerke Naas en Sebastiaan de Spin. En jaren later het uitspreken van Luceberts 'Ik tracht op poëtische wijze' uit zijn bundel De analfabetische naam en de voordrachten van gedichten van Vroman, op de poëzieavonden van de Kweekschool.
Ik heb al die herinneringen onthouden, bewaard omdat ze zo belangrijk voor me waren: me presenteren, me verplaatsen in een rol, ik heb er altijd van genoten.
Ik heb al die herinneringen onthouden, bewaard omdat ze zo belangrijk voor me waren: me presenteren, me verplaatsen in een rol, ik heb er altijd van genoten.
Hoe zou dat voor Zoë zijn?
Glunderend wacht ze ons in de foyer op. Haar ouders nodigen ons uit om samen verder na te genieten bij een voortreffelijk eten in het aan de schouwburg gelegen restaurant.
Zoë straalt.
Ze is iemand door een ander te hebben gespeeld.
Ze is iemand door een ander te hebben gespeeld.
Zich te tonen op een groot podium.:Zie hier ben ik Zoë, bijna tien jaar.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten