Ik begrijp sinds kort dat ik niet meer op haar hoef te wachten.
Als ik aan haar denk, zie ik er zo uit:
Mijn naam is samengesteld uit de namen van Femke, Luca, Noa en Thomas.
De i is toegevoegd om mijn naam uit te kunnen spreken.
Zonder mijn baasjes voorletter te dragen, zou ik Lint heten, wat geen naam voor een Kooiker mag heten.
Mijn baasje vond mij een lieve troosthond.
Door anderen word ik gauw aangehaald.
Ik hoor dan dat ze tegen degene die me uitlaat zeggen dat ik een mooie hond ben.
Dat ze me fotograferen vind ik best.
Er zijn veel verschillende uitlaat mensen.
Hele jonge en wat oudere.
Ik mag ze allemaal.
De jonge mensen doen meer spelletjes, de oudere zijn blij als ik netjes in het zand poep.
Sinds kort heeft mijn tweede baasje, Thomas, twee meisjes uit de buurt, Anna en Frederique gevraagd om dinsdag - en donderdagmiddag met mij te spelen.
Zij doen lekker wild, gooien met de bal naar elkaar. Ik probeer die dan te vangen.
Wat ik vervelend vind is dat ik veel haren verlies.
Vooral de mevrouwen die achter een stofzuiger lopen mopperen erop.
Dan loop ik naar die oudere man, die ook zijn ogen kan laten hangen.
Ik lik graag zijn handen en zijn gezicht.
Dat smaakt naar zand en zout.
Ik heb het One Team zeven weken moeten missen.
Ze trokken door Australiƫ had mijn opvang me gezegd.
Sinds ze terug zijn ligt Thomas veel op een bed in de woonkamer.
Ik lig dicht bij het bed.
Want in troosten ben ik bedreven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten