De voorgaande muzen trof ik in onze buurlanden..
Was er in Lage Landen geen muzecultuur.?
Welzeker, misschien in mindere mate als in de romantiek in Duitsland of Frankrijk, maar toch.
We kennen de schilder Carel Willink met zijn fatale muze Mathilde.
Jan Cremer, de post-romanticus met zijn vele, vele muzen, waarvan er één door hem in zijn ontroerende boek "Sirenen" tot zijn eerste en ware postuum op het podium wordt gehesen: Loes Hamel.
En mogen we Tineke Vroman de muze van Leo noemen,?
Maar liefs zeven jaren schrijven ze elkaar als ze door de oorlog van elkaar zijn gescheiden, zij in Nederland, hij in Nederlands Indië en later in Birma.
De keuze voor een Nederlandse Muze wordt ons anno nu niet moeilijk gemaakt door de recente publicatie van Brigitte de Swart over haar familielid de beeldhouwster Sara de Swart (1861-1951): "Omdat de muze".
Neem bijvoorbeeld de oorsprong van de epitheton omans MUZE.
In de roman krijgt Sara op haar 28ste verjaardag van haar vrienden - de 80 tigers, Frederik van Eeden, Pieter Veth, Isaac Israels, George Hendrik Breitner e.a. - een boek met kunstwerken met als opschrift "Voor de muze van de 80tigers".
Elders zoals op Wikipedia staat dat Jan Engelman haar zo had vernoemd.
Maar goed. In een roman kan men zich veel veroorloven. Als een roman zich baseert op waar gebeurde geschiedenis of geleefde personage, dan is die vrijheid beperkter.
Hoe groot die vrijheid in de factionele literatuur is, valt niet gemakkelijk te duiden.
In 'Omdat de muze' verschijnt Sara op de eerste plaats als een getourmenteerde vrouw, die grote moeite heeft om haar hart te tonen voor haar geliefden zoals Baukje, de onder-directrice van de meisjeskweekschool in Arnhem, voor de schilderes Anna Vis en later voor haar grote liefde de naaldkunstenares Emilie van Kerkhoff.
In de tweede plaats verschijnt ze als kunstenares, als beeldhouwster, bezeten van kunst.
Ze koopt veel kunstwerken, zo verzamelt ze beelden van de dan nog tamelijk onbekende Odilon Redon..
Voor menig berooid kunstenaar is ze een mecenas dankzij het vermogen dat ze erft via haar moeder.
De moeder zal ook de oorzaak blijken van het moeizaam 'openen van haar hart'.
Tenslotte is ze model bij Veth, Breitner en Israëls..
Maar een muze...?
De titel wordt door de twijfel des te spannender.
De compositie van het boek is sterk..
De geschiedenis wordt min of meer gevolgd, maar eindigt al in 1920 met een ontroerende tweespraak van enerzijds Sara en anderzijds Emilie, die Sara in Rome verlaat om zich op Capri te vestigen.
Die ontroering heeft de schrijfster weten op te roepen door de lezer via brief- en dagboekfragmenten van de moeder het familiedrama te onthullen, die een verklaring vormt voor Sara worsteling met de liefde.
Brigitte de Swart heeft met "Omdat de muze" een intrigerende, dwarse, kunstminnende vrouw gecreëerd.
Voor Brigitte de Swart is haar oudtante Sara een schitterende muze.