Het is een
troostende gedachte, dat de mens twee maal leeft, de eerste keer tot het
lichaam het op moet geven, de tweede maal in de herinneringen.
Er worden
van die twee levens boeken vol verhalen geschreven. Het eerste boek is een autobiografie, het tweede een biografie die de nabestaanden vullen.
De biografie
van Henk kent vele hoofdstukken.
Eén ervan is
GOLFEN, het kan ook worden gezien als een paragraaf in het hoofdstuk SPORTEN
naast skiën en tennis.
Henk was van
zijn zes golfmaten de fanatiekste. Hij was dan ook onze aanvoerder. Ons team
droeg zijn naam. Team Groenen, dat diverse malen succesvol was in de zomer- en
wintercompetitie van de Valkenswaardse Golfclub.
Henk hield
van het spelletje, was soms vijf keer in de week te vinden op de baan.
Hij was niet
een man van de grote emoties, toch toonde hij zijn teleurstelling en
blijdschap.
Als de bal
flink uit de gewenste koers raakte kon hij een ferm Ka laten horen. We hadden
elk ons eigen idee wat achter die letter verscholen zat. Maar ik zat er
duidelijk naast. Want eens bezigde hij het hele woord en zei “Knuppel”. Henk
hoorde tot het zeldzame soort mannen die als het fout gaat zichzelf de schuld
geeft en bij succes ligt de oorzaak bij de anderof aan geluk.
Wij vonden
dat Henk meer dan gemiddeld geluk had. Zijn bal raakte meestal de goede kant
van een boom, de kant die de bal richting hole dirigeert. Wij noemden zo’n geluk dan ook een “Groentje”.
De K van “Kanjer” past Henk ook. Zo sloeg hij – ik was erbij – een hole in one op twee. “Dat deed ik, twee weken geleden ook bij deze hole”, constateerde hij enigszins onderkoeld en tot zijn eigen verbazing.
Hole twee is
dan ook voor altijd Henks hole.
We hebben
mooie herinneringen aan hem. De mooiste zijn die van hole negentien, in de
kantine met een kop koffie. Waar we verhalen uitwisselden over onze kinderen.
Wat was Henk trots op zijn Noor en Jules. Nu we zelf op leeftijd waren
vertelden we elkaar over het arbeids- en
liefdesleven van onze kinderen. Van alles hebben we elkaar verteld, verhalen
over verbouwingen, over de niet indexering van ons pensioen, over plaatselijke
politiek en – niet al te lang - over ziekte en dood.
Henk
rapporteerde wekelijks de golfvorderingen van Dimphy, die inmiddels ook de
clubs ter hand genomen had. Hij leek trotser op haar vorderingen dan op die van
hem. “Kunnen we straks ook samen eens in het buitenland spelen…” Het lot kent
haar eigen draai, heeft lak aan onze wensen.
Team Groenen
is onthoofd, zit zonder naamgever en aanvoerder.
Henk zou opbeurend
zeggen: “Het is K, Kop op, maak er wat van.”
Zoiets, zou
Henk zeggen, maar dat verifiëren kunnen we niet meer.