dinsdag 30 maart 2010
boekengekte.
Ik schaf geen boeken meer aan die ik wil lezen. Daar is, vind ik sinds kort, een openbare bibliotheek voor.
Ik koop enkel die boeken waarmee ik me wil omgeven, die ik altijd bij de hand wil hebben.
Van gelezen boeken maak ik een aantekening: een korte beschrijving, wat ik ervan vond wat zijn beslag krijgt in een heus punt.
Er kunnen allerlei staatjes uit mijn boeken-boekjes worden gehaald. Hoeveel boeken gelezen in welk jaar, hoogste/laagste cijfer, gemiddelden, verhouding fictie/nonfictie, aantal stripboeken/graphic novels, en ook mijn leesgeschiedenis van de afgelopen twee decennia. Vaak werd van een ondekte auteur diverse werken achtereen gelezen, Paul de Wispelaere, L.H. Wiener en Philip Roth.
Niet uitgelezen of uitgebladerde boeken krijgen een asteriks hetgeen betekent dat de waardering tenmiste onder een vier ligt.
Las ik voorheen ongeveer honderd boeken per jaar, nu is dat aantal in mijn eerste jaar van "op rust te zijn gesteld" (Belgische uitdrukking voor pensioen) ternauwernood gestegen.
Er lijkt een persoonlijk verzadigingspunt te liggen rond de 100.
De boeken waarmee ik me omring overstijgen mijn leeftijd maal honderd ruimschoots. Zou ik nog enkel uit eigen bezit lezen dan dien ik ver voven de 120 jaar worden.
Boven deze blog zijn de vijf boekenafdelingen in ons huis weergegeven.
De bovenste toont de loge van van den Berg (de leesstoel) omringd met te lezen bibliotheekboeken en boeken, die ik onlangs aanschafte, merendeels bij Het Goed, wereldwinkel of rommelmarkt.
Als de stapel terzijde de stoel dreigt om te vallen reduceer ik deze door het eigen bezit ongelezen naar één van de afdelingen boven af te voeren.
In de boekenkast bij de leesstoel staat de complete serie privé domeinen en recente nederlandstalige literatuur.
De tweede foto toont de overloop met buitenlandse literatuur en rechts een allegaartje van reis- en filosofieboeken.
Op de logeerkamer (foto 3) staat een deel van de stripboeken.
Foto 4 toont de hoek met verzamelingen, zoals Maigrets, Maarten Toonder, boekenweekgeschenken en verder poëzie en biografieën.
De laatste afbeelding is van de computerkamer, waar vooral nonfictie staat opgeslagen en de kostbare strips.
Waarom schrijf ik dit?
Dit is een vorm van een openbare biecht, een bekentenis van dwaasheid.
Mijn anale fixatie hecht zich aan gedrukte werken.
Te weten dat die allemaal meereizen in de mij nog gegunde tijd biedt bedenkelijke troost. Ook de man met de zeis zal, zo houd ik me voor, respekt tonen voor zoveel opgeslagen gedachten, dat hij de bibliothecaris een poosje sparen zal.
Dus is deze gekte uiteindelijk doodsangst of levenslust.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten